In Nederland zijn de afgelopen jaren maatregelen genomen om de kwaliteit van de geboortezorg te verbeteren. Er wordt nu onder andere gekeken of een alternatieve vorm van bekostigen invloed kan hebben op de samenwerking tussen zorgaanbieders, en uiteindelijk op de kwaliteit. Sinds 2017 experimenteren een aantal regio’s met integrale bekostiging. Hierbij worden de geboortezorgaanbieders in een regio gezamenlijk bekostigd. Vanaf het begin is er discussie over of het wenselijk is om integrale bekostiging in te voeren. Het RIVM deed dit onderzoek om meer inzicht te krijgen in de verschillende opvattingen.

Wat hebben we gedaan?

Met een Q-methodologie-onderzoek brachten we in kaart welke opvattingen er zijn rondom bekostigingshervorming, hoe deze van elkaar verschillen en overeenkomen. Hiermee keken we ook of er ruimte is voor nuance of dat men daadwerkelijk verdeeld is in positief of negatief. Q-methodologie wordt gebruikt om subjectiviteit op een wetenschappelijke manier te onderzoeken. Deze methode kan toegepast worden op elk onderwerp waar mensen een mening over kunnen hebben. Tijdens dit onderzoek vroegen we kraamzorgmanagers, verloskundigen, gynaecologen en zorgverzekeraars om een lijst van aspecten te rangschikken en dit vervolgens tijdens een interview toe te lichten. Factoranalyse gebruikten we om patronen in de rangschikkingen van uitspraken te kunnen waarnemen.

Wat laten we zien?

We zagen 3 verschillende perspectieven. Een algemeen perspectief, breed gesteund binnen de sector, richt zich vooral op resultaten. Daarnaast namen we 2 aanvullende perspectieven waar, waarvan 1 zich meer richt op gelijkheid en 1 meer op samenwerking. De betrokkenen zijn het eens dat een andere vorm van bekostiging nodig is. Bij de bestaande manier wordt elke zorgaanbieder, zoals verloskundigen, gynaecologen en kraamzorg, apart betaald. Dat belemmert samenwerking. Wel verschillen de meningen over hoe de bekostiging precies moet worden vormgegeven en onder welke voorwaarden.

Conclusie

Het onderzoek maakt duidelijk dat de beroepsgroepen niet zo lijnrecht tegenover elkaar staan als in de media soms het geval lijkt. Wel moet er aandacht zijn voor het gevoel van ongelijkwaardigheid dat leeft bij verloskundigen. Het van begin af aan betrekken van alle partijen bij het ontwikkelen van een bekostigingshervorming kan de algemene houding hierover verbeteren, het vertrouwen onder alle partijen verhogen en bijdragen aan een grotere acceptatie en implementatie in de praktijk. De resultaten van dit onderzoek gelden als input voor beleidsmakers en voor de betrokkenen zelf om verder te komen in de discussie en het samen verbeteren van de kwaliteit van de geboortezorg. Daarnaast zijn de lessen uit dit onderzoek mogelijk relevant voor nieuwe initiatieven voor bekostigingshervorming.

Het artikel is gepubliceerd in Social Science & Medicine. Auteurs: Zoë Scheefhals, Eline de Vries, Jeroen Struijs, Mattijs Numans en Job van Exel. Deze studie is ook uitgebreid beschreven in  het rapport Systematische studie naar de verschillende opvattingen rondom bekostigingshervorming in de geboortezorg.