Tijdens het luchtwegseizoen 2023-2024 was er op meerdere momenten een piek in het aantal mensen met acute luchtwegklachten. De eerste piek kwam vooral door het RS-virus Respiratoir Syncitieel-virus (Respiratoir Syncitieel-virus), de tweede vooral door het coronavirus SARS severe acute respiratory syndrome (severe acute respiratory syndrome)-CoV coronavirus (coronavirus)-2 en de derde vooral door het griepvirus. Sinds de start van het luchtwegseizoen (week 40 2023) was het aantal mensen met longontstekingen hoger dan eerdere jaren. Dit kwam onder andere door de bacterie Mycoplasma pneumoniae

Eerste piek: RS-virus Respiratoir Syncitieel-virus (Respiratoir Syncitieel-virus) bij jonge kinderen

Tijdens de eerste piek kwam er veel RS-virus  voor. Gedurende de maand november en begin december 2023 waren pieken te zien in alle RSV Respiratoir Syncytieel Virus (Respiratoir Syncytieel Virus)-surveillance bronnen. In monsters van patiënten die de huisarts bezochten met een luchtweginfectie werd RSV gevonden in alle leeftijdsgroepen, waarbij het hoogste percentage positieve monsters bij kinderen jonger dan twee jaar werd gevonden. Het meest voorkomende type RS-virus was RSV-A. Ongeveer 30.000 kinderen onder de vijf jaar bezochten de huisarts met bronchiolitis. Dat is een ontsteking van de onderste luchtwegen, dat voornamelijk door het RS-virus veroorzaakt wordt. 

Lange aanloop coronavirus met piek eind 2023

Het aantal mensen met het coronavirus SARS-CoV-2  begon in de zomer van 2023 al langzaam te stijgen. Toch was de piek van het aantal mensen met SARS severe acute respiratory syndrome (severe acute respiratory syndrome)-CoV coronavirus (coronavirus)-2 pas eind 2023. Afgelopen winter was er één piek door het coronavirus in plaats van meerdere pieken zoals in de jaren ervoor. In het luchtwegseizoen 2023/2024 werden in totaal ruim 14 duizend mensen met het coronavirus in het ziekenhuis opgenomen. Meer dan 600 mensen kwamen op de intensive care (IC Intensive care (Intensive care)) terecht.

Griepepidemie vanaf begin 2024

Hoewel het totaal aantal mensen met luchtwegklachten al eerder steeg, steeg vanaf begin 2024 ook het aantal mensen met griepachtig ziektebeeld . Ook het aantal mensen waarbij griepvirus  is aangetoond nam toe. Vanaf begin februari was het aantal mensen dat met griepachtige klachten naar de huisarts ging niet meer verhoogd. Toch vonden laboratoria nog steeds veel griepvirus. De griepepidemie duurde negen weken: van 15 januari t/m 17 maart 2024. De griepvirussen die dit seizoen het meeste voorkwamen waren type A(H1N1)pdm09 en type A(H3N2). Tijdens het luchtwegseizoen bezochten ongeveer 215.000 mensen hun huisarts met griepachtige klachten.

Sterfte

Tijdens het luchtwegseizoen waren er twee pieken in oversterfte . Deze vielen tegelijk met de pieken in circulatie van het coronavirus SARS-CoV-2 en het griepvirus. 

Andere virussen

Ook andere luchtwegvirussen  zorgden, net als andere jaren, voor luchtwegklachten. Dit waren bijvoorbeeld rhinovirus en seizoenscoronavirussen. Ook deze virussen droegen bij aan het hoge aantal mensen met luchtwegklachten tijdens het winterseizoen.

Zicht houden op luchtwegvirussen

Het blijft belangrijk om zicht te houden op luchtweginfecties in Nederland. Dat doen we op verschillende manieren  . Als er sprake is van een bijzondere situatie, zoals bijvoorbeeld tijdens de verheffing van longontstekingen en Mycoplasma pneumoniae kunnen we door zicht te houden snel opschalen. Om de ernst van de infecties te volgen is het erg belangrijk om zicht te krijgen op het aantal luchtweginfecties waarvoor ziekenhuisopname nodig is. Daarom werkt het RIVM  samen met verschillende partners, zoals Dutch Hospital Data (DHD) en Stichting NICE aan het opzetten van surveillance in ziekenhuizen. 

Meer informatie over luchtweginfecties: