RIVM doet metingen in producten en in de emissies daarvan. Voor TNCO tar, nicotin and carbon monoxide (tar, nicotin and carbon monoxide) in sigaretten en shag gebruiken we daarvoor de wettelijk voorgeschreven ISO International Organization of Standardization (International Organization of Standardization)-methoden. Voor andere metingen gebruikt het RIVM methoden die zijn goedgekeurd door WHO World Health Organization (World Health Organization) TobLabNet Tobacco Laboratory Network (Tobacco Laboratory Network). Voor te meten stoffen zonder bekende methode gebruiken we een gevalideerde RIVM methode.

Meting TNCO in volumetabak

Shagtabak moet voldoen aan de eisen gesteld in de Tabaks- en rookwarenregeling. Om vast te stellen of een product daaraan voldoet worden onder meer TNCO tar, nicotin and carbon monoxide (tar, nicotin and carbon monoxide) metingen gedaan volgens de norm NEN Nederlandse norm (Nederlandse norm)-ISO International Organization of Standardization (International Organization of Standardization) 15592-3: ‘Fine-cut tobacco’ en rookartikelen gemaakt van shagtabak. Hierbij wordt een shagje van 750 mg tabak in een standaard papieren kokertje van 7,2 mm gebruikt.

Naast reguliere shagtabak is in Nederland ook volumetabak te koop om shagjes/sigaretten van te maken. Deze shagtabak heeft een groter volume per gram dan reguliere shagtabak. Een shagje gemaakt met 750 mg volumetabak in een standaard papieren kokertje heeft daardoor een hogere trekweerstand bij het nemen van een trekje. Shagrokers maken vaak 'op het gevoel' shagjes met een voor hen aangename trekweerstand. Daarom is de methode voor het afroken van een shagje/sigaret van volumetabak aangepast en opgenomen in de regeling. Volgens de aangepaste regeling wordt de hoeveelheid volumetabak verlaagd om de trekweerstand vergelijkbaar te maken met die van een shagje van reguliere shagtabak. De hoeveelheid te gebruiken shag wordt hierbij volgens een standaard methode gecorrigeerd voor de toename van het volume.