Luchtkwaliteit kent geen landsgrenzen. De wind kan luchtverontreiniging die in Nederland ontstaat naar andere landen blazen. En verontreiniging die in andere landen ontstaat, kan naar ons land geblazen worden. Daarom werkt het RIVM samen met andere landen om de hoeveelheid verontreinigende stoffen in de lucht te verminderen. Met deze samenwerking draagt het RIVM bij aan gezondere lucht en minder gezondheidsklachten voor mensen door blootstelling aan luchtverontreinigende stoffen.

Europese richtlijn bepaalt regels voor luchtkwaliteit

De regels voor luchtkwaliteit in Nederland komen voort uit de Europese richtlijn voor luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa. In deze richtlijn staat hoeveel maximaal van welke stof in de lucht mag zitten. Deze zogenoemde grenswaarde mag niet worden overschreden. Als dit toch gebeurt, dan moet een land actie ondernemen om de hoeveelheid van die stof te verminderen. Op dit moment (2023-2024) wordt overlegd over het aanpassen van de richtlijn en om lagere grenswaarden op te stellen. Dan mag er van elke stof nog minder in de lucht zitten.

RIVM stelt internationale rapportages uitstoot en luchtkwaliteit op

Ieder jaar moeten alle Europese landen aan de Europese Unie laten zien hoe het gaat met de luchtkwaliteit in hun land. Vanuit Nederland levert het RIVM, namens het Rijk, hiervoor de vereiste gegevens aan. We sturen bijvoorbeeld een rapport met gegevens over de uitstoot van luchtverontreinigende stoffen aan de Europese Commissie en de UNECE United Nations Economic Commission for Europe (United Nations Economic Commission for Europe). Zo kan Nederland aantonen dat zij zich aan de afspraken houdt uit de National Emission Ceilings Directive en het Gotenburg Protocol om de uitstoot te verminderen. Ook stuurt het RIVM een rapport met gegevens over de uitstoot van broeikasgassen aan de Klimaatconventie van de Verenigde Naties. Op basis van deze rapporten kunnen de Verenigde Naties controleren of landen de afgesproken klimaatdoelen gaan halen.

Daarnaast stuurt het RIVM de uitkomsten van de Nederlandse metingen  van luchtverontreinigende stoffen naar de Europese Unie. Daarmee worden kaarten gemaakt van de luchtkwaliteit in Europa, zoals hieronder weergegeven. De metingen worden ook gebruikt om het Europese model voor de verspreiding van lucht (EMEP Europese model voor de verspreiding van lucht (Europese model voor de verspreiding van lucht)) te verbeteren.

Weergave van concentraties stikstofdioxide in Europese landen dmv een kaart

 Figuur: Concentraties stikstofdioxide (NO2 Stikstofdioxide (Stikstofdioxide)) in Europese landen in 2020 (bron: European Environment Agency)

Kennisdeling door samenwerking met Europese partners

De kennis over luchtkwaliteit ontwikkelt zich nog altijd. Hoe wordt het gemeten, gemodelleerd en berekend? Maar ook, welke stoffen maken mensen ziek en wanneer krijgen mensen er last van? Gelukkig wordt er in Europa veel onderzoek naar dit onderwerp gedaan en is er daardoor veel kennis beschikbaar. Om elkaar te ondersteunen, de metingen en modellen te verbeteren en het aantal gezondheidsklachten te verminderen, werkt het RIVM samen met heel veel Europese partners.

Het RIVM neemt deel aan meerdere Europese kennisnetwerken, zoals:

RIVM actief in internationale projecten

Het RIVM is betrokken bij veel internationale projecten op het gebied van luchtkwaliteit en gezondheid. Enkele voorbeelden zijn:

  • Ondersteuning bij de ontwikkeling van de derde Clean Air Outlook  door IIASA International Institute for Applied Systems Analysis (International Institute for Applied Systems Analysis) .
  • Analyse  van de effectiviteit van het protocol om verzuring, vermesting en ozon op leefniveau te verminderen.
  • Burgerwetenschappen (citizen science) en Samen Meten  met sensoren aan luchtkwaliteit.