Tijdens de periodes met coronamaatregelen veranderde er veel in het dagelijks leven van jongeren. Daarom vroegen we hen welke gebeurtenissen zij meemaakten tijdens de coronaperiode en of ze daar nu nog last van hebben. Op deze pagina bespreken we de resultaten van het zevende kwartaalonderzoek (maart 2023). Dit is onderdeel van het Gezondheidsonderzoek COVID-19.
Meer jongeren hebben wel eens corona gehad
We vroegen de jongeren welke corona-gerelateerde gebeurtenissen zij meemaakten tijdens de coronaperiode. Hierbij konden ze verschillende gebeurtenissen aankruisen. In maart 2023 gaf 88% van de jongeren aan dat ze 1 of meer corona-gerelateerde gebeurtenissen hadden meegemaakt. Van alle gebeurtenissen blijven het zelf gehad hebben van corona (73%) en de ziekenhuisopname van een dierbare (9%) iets stijgen. Voor de meeste andere gebeurtenissen geven minder jongeren aan dat ze die hebben meegemaakt dan in de vorige ronde. Dit komt waarschijnlijk omdat deelnemers gebeurtenissen van langer geleden vergeten zijn, omdat het begin van de pandemie inmiddels 3 jaar geleden is.
Minder jongeren hebben nog last van coronabesmetting
Steeds minder jongeren geven aan dat ze nog last hebben van hun coronabesmetting (11% in maart 2023, 29% in maart 2022). Vergeleken met december geven meer jongeren aan dat ze er nog last van hebben dat iemand die belangrijk voor hen is, in het ziekenhuis heeft gelegen of is overleden aan corona en dat ze tijdens hun werk veel mensen hebben gezien die ernstig ziek waren of overleden zijn aan corona. Mogelijk is het zo dat de jongeren bij wie een gebeurtenis die ze meemaakten minder impact had, deze gebeurtenis nu niet meer rapporteert. Jongeren die zich de gebeurtenis wel herinneren, rapporteren waarschijnlijk over een gebeurtenis die meer impact op hen had, omdat zij ook vaker aangeven dat ze er nog last van hebben. Voor andere corona-gerelateerde gebeurtenissen geven minder jongeren aan dat ze daar nu nog last van hebben.
De grafiek hieronder laat per ronde zien hoeveel procent van de jongeren aangeeft dat ze een bepaalde gebeurtenis meemaakten. De grafiek in het rechtertabblad laat per gebeurtenis zien hoeveel procent daar nog last van had.
Jongeren die aangaven nog last te hebben van een gebeurtenis, kregen extra vragen om vast te stellen of de klachten betekenen dat ze mogelijk een risico hebben tot het ontwikkelen van een posttraumatische stressstoornis (PTSS (Posttraumatische Stressstoornis)). Bij 3% van de jongeren was dit het geval. Dat is vergelijkbaar met september en december 2022, maar ligt lager dan de 6% die we zagen in de 2 metingen daarvóór (maart en juni 2022).
Als we rekening houden met alle gemeten factoren, hebben vooral eenzame jongeren een grotere kans op symptomen van PTSS. Hetzelfde geldt voor jongeren die bang zijn dat de gevolgen van de aardbeving in Turkije en Syrië hen persoonlijk gaan raken. Ook een aantal lichamelijke klachten hangen samen met de kans op symptomen van PTSS, waaronder hoesten, duizeligheid en spierpijn.
Jongeren ervaren drukte na de rust van de coronaperiode
In deze ronde vroegen we jongeren waarom ze niet lekker in hun vel zaten, zie de pagina Mentale klachten uitgelegd door jongeren zelf. Deze antwoorden, vooral de ervaren drukte en behoefte aan rust, sluiten aan bij antwoorden die jongeren eerder gaven, in september 2022, over de invloed die coronaperiode nog had op hun leven. Hieruit bleek onder andere dat het sociale leven van jongeren was veranderd en ze na de relatieve rust van de coronaperiode weer moesten wennen aan de drukte. Ook ervaren ze invloed in hun persoonlijke ontwikkeling, bijvoorbeeld doordat ze leerachterstanden opliepen. De invloed die jongeren in september 2022 nog ervaarden van de coronaperiode staat beschreven op de pagina Meting 5: Ervaringen tijdens corona.