Bij blootstelling aan een stralingsbron is het gebruikelijk om de mate van blootstelling uit te drukken in de hoeveelheid ontvangen stralingsdosis. Het bepalen van de stralingsdosis is nooit gemakkelijk, maar bij radon en thoron is dat extra ingewikkeld. Dat komt onder meer omdat de schadelijkheid van blootstelling aan radon- en thorondochters samenhangt met het rookgedrag van de ontvanger.

Mede daarom is er in de wetenschappelijke wereld veel discussie over de coëfficiënten die het verband leggen tussen concentraties van radon en thoron(dochters) in de lucht en de stralingsdosis die een ‘gemiddelde burger’ daardoor per tijdseenheid oploopt.

Berekeningen dosis conversie  coëfficiënten

De Nederlandse rijksoverheid hanteert bij berekeningen voor radon en thoron de dosis conversie coëfficiënten die UNSCEAR United Nations Scientific Committee on the Effects of Atomic Radiation (United Nations Scientific Committee on the Effects of Atomic Radiation) en van ICRP International Commission on Radiological Protection (International Commission on Radiological Protection) adviseren. ICRP gebruikt sinds enkele jaren een andere coëfficient voor radon.

Gemiddelde stralingdosis radon in huis

Uitgaande van de laatste meetgegevens in woningen, op arbeidsplaatsen en in openbare gebouwen en de dosis conversie coëfficiënten van UNSCEAR levert blootstelling aan radon binnenshuis een gemiddelde stralingsdosis op van circa 0,44 millisievert per jaar. Als de dosis conversie coëfficiënten van ICRP gebruikt worden is deze dosis circa 0,83 millisievert per jaar.

Gemiddelde stralingdosis radon buitenshuis

Door blootstelling aan radon buitenshuis komt daar nog 0,02 millisievert per jaar bij. Bij die berekening is rekening gehouden met het gegeven dat we gemiddeld 10% van de tijd buiten zijn. De dosis door het binnenshuis inademen van thorondochters wordt geschat op 0,20 millisievert per jaar met de dosis conversie coëfficiënten van UNSCEAR en 0,54 milliesievert per jaar met die van ICRP. Buiten komen we nauwelijks thoron tegen. De totale blootstelling door het inademen van radon- en thorondochters in Nederland bedraagt daarmee, gemiddeld per inwoner, circa 0,7 millisievert per jaar (UNSCEAR) of 1,4 millisievert per jaar (ICRP).