Go to abstract

Samenvatting

In dit rapport wordt een overzicht gegeven van de detectiemethoden voor virussen in water in Nederland. De norm voor drinkwater is vastgesteld in het Nederlandse Waterleidingbesluit op een risico van minder dan een infectie per 10.000 personen per jaar. Om te bepalen of drinkwater aan deze norm voldoet wordt het aantal virussen bepaald in de grondstof waaruit drinkwater wordt geproduceerd en de verwijdering van virussen door zuiveringsprocessen uit deze grondstof. De berekende virusconcentratie kan vervolgens gebruikt worden voor een schatting van het infectierisico. De virussen die zijn opgenomen in het Waterleidingbesluit staan omschreven als (entero)virussen, wat inhoud dat enterovirussen, maar mogelijk ook andere virusgroepen die kritisch zijn voor de drinkwatervoorziening onder het Waterleidingbesluit vallen. Dergelijke virussen zijn rota- en norovirussen, omdat dit de belangrijkste veroorzakers zijn van virale gastro-enteritis in Nederland. De volgende procedure is beschreven voor virusdetectie in watermonsters: Virussen worden uit water geconcentreerd met behulp van filtratie door een negatief geladen membraan, het eluaat wordt verder geconcentreerd met behulp van twee-fasenscheiding voor Reverse Transcriptase-polymerase chain reaction (RT-PCR) en door middel van ultrafiltratie voor celkweek, met behulp van RT-PCR wordt eventueel aanwezig virus in het watermonster gedetecteerd en indien de enterovirus RT-PCR positief is wordt met behulp van celkweek bepaald of infectieus virus aanwezig is. Bacteriofagen worden bepaald in de grondstof en in verschillende stadia van het zuiveringsproces om zo de mate van zuivering te kunnen vaststellen. Voor- en nadelen van de beschreven detectiemethoden zullen worden bediscussieerd. Om de beschreven procedure te optimaliseren zullen aanbevelingen worden gedaan om nieuwe klinische methoden uit de virale diagnostiek te implementeren in de procedure voor virusdetectie in water.

Abstract

This report describes the various methods available for detection of viruses in water in the Netherlands. Research data on viruses in water sources used for the production of drinking water and the removal of viruses through applied treatment processes are important to be able to assess the 10-4 infection risk allowed in Dutch drinking water guidelines. According to these guidelines Cryptosporidium, Giardia and (entero)viruses need to be assessed for infection risk, indicating that, besides enteroviruses, other pathogenic viruses of possible importance for the drinking water supply will have to be included. Noro- and rotaviruses are examples of such important pathogenic viruses, considering that these are the most common viruses causing viral gastroenteritis in the Netherlands. By combining new molecular biological techniques and common methods for virus concentration and cell culture, we arrived at the procedure for detecting viruses in water samples proposed below. The individual techniques are explained in detail in the report: viruses are filtered from water by negative membrane filtration; the eluate is further concentrated through two-phase separation for the reverse transcriptase-polymerase chain reaction (RT-PCR) and ultrafiltration for cell culture; RT-PCR is performed to determine the presence of viruses in the water samples; cell culture is performed for cases of positive enterovirus RT-PCR to determine the infectivity. Bacteriophages are analysed in source waters and in different stages of the treatment process to be able to calculate the amount of virus in drinking water. Advantages and disadvantages of the present methods are explained and discussed in this report. New developments in viral diagnostics, such as optimising RNA extraction or combining cell culture and molecular techniques, have been suggested as a possible means of optimising the procedure presented.

Resterend

Grootte
495KB