- Publicatiedatum
- 22/12/2005
Samenvatting
Nederland voldoet in grote lijnen aan internationale afspraken en doet veel op het gebied van kind, milieu en gezondheid. Toch is er een aantal onderwerpen waarvoor nog onvoldoende beleid is ontwikkeld om aan de internationale afspraken te voldoen. Dit zijn: 1. kindvriendelijke stadsontwikkeling; 2. (groen)voorzieningen voor sport en spel; 3. richtlijnen bouwmaterialen en meubels; 4. beperking uitstoot verkeer en industrie; en 5. monitoring blootstelling kinderen aan stoffen. Voor een aantal onderwerpen (onder andere verbetering binnenlucht en blootstelling kinderen aan chemische stoffen) lopen op dit moment onderzoeken en kan nog niet beoordeeld worden of Nederland voldoet aan de afspraken. Dit blijkt uit een inventarisatie die gedaan is naar aanleiding van de WHO Ministersconferentie Milieu en Gezondheid in 2004 in Boedapest. Daar hebben 52 Europese milieuministers afspraken gemaakt over onderwerpen op het gebied van Milieu en Gezondheid, met speciale aandacht voor kinderen. De WHO heeft in dit kader het Children's Environment and Health Action Plan for Europe (CEHAPE) opgesteld. Nederland heeft de Ministersverklaring en het CEHAPE ondertekend. Om na te gaan in hoeverre Nederland voldoet aan de gemaakte afspraken, is een overzicht gemaakt van de activiteiten van de rijksoverheid die op dit moment in Nederland plaatsvinden met betrekking tot de onderwerpen uit het CEHAPE en de Ministersverklaring. Voor elk onderwerp is een afweging gemaakt of extra beleidsinzet nodig is om aan de afspraken te voldoen. Onderwerpen die meer aandacht verdienen in het beleid zouden uitgewerkt kunnen worden in een vervolg op het Actieprogramma Gezondheid en Milieu. Het is belangrijk dat huidige en eventuele aanvullende acties geevalueerd worden.
Abstract
In the Netherlands, much is being done on the subject of children, environment and health. For most issues, the Netherlands complies with international agreements. However, there are five areas in which Dutch policy does not meet these agreements. These are: 1. child-friendly urban planning; 2. children's facilities for social interaction, play and sports; 3. regulations for construction and furniture materials; 4. reducing emissions from transport and industry; and 5. monitoring exposure of children to substances. For a number of subjects, e.g. indoor air quality and children's exposure to chemicals, research is still ongoing. Results of current projects will provide insight into these issues. These are the findings of a Dutch inventory as follow-up of the WHO Ministerial Conference on Environment and Health in 2004 in Budapest. Fifty-two European countries, including the Netherlands, entered into agreements on a number of subjects in the area of environment and health as related to children. Within this framework, WHO has developed the Children's Environment and Health Action Plan for Europe (CEHAPE). The Netherlands has signed the Ministerial Declaration and CEHAPE. To assess whether the Netherlands meets these international agreements, an inventory was set up to incorporate the current activities of the Dutch government related to the subjects in the Declaration and CEHAPE. For each of the issues, the current activities were examined to determine if enough efforts were being made to meet the agreements. Topics worthy of more focus in Dutch policy could be integrated in the follow-up of the Dutch Health and Environment Action Plan. It is important that current and additional actions are evaluated.
Resterend
- Grootte
- 577KB