Overzicht van bijzondere meldingen, clusters en epidemieën van infectieziekten in binnen- en buitenland tot en met 4 november
content
Auteur: S.Mooij
Infectieziekten Bulletin: december 2016, jaargang 27, nummer 10
Binnenlandse signalen
Begin van norovirusinfectieseizoen in Virologische Weekstaten
In de Virologische Weekstaten is vanaf week 38 sprake van een toename van het aantal positieve uitslagen van norovirusinfecties (zie Figuur 1). Eerder berichtten wij al over enkele recente grotere uitbraken van norovirusinfecties. Het NIVEL (Nederlands Instituut voor Onderzoek van de Gezondheidszorg) (Nederlands instituut onderzoek van de gezondheidszorg) constateert een stijgende trend van consultaties bij de huisarts over jonge kinderen (0 t/m 4 jaar) met braken, diarree of gastro-intestinale infecties. Het seizoen voor norovirusinfecties lijkt daarmee dit jaar eerder van start te gaan dan in de voorgaande jaren. Het gaat daarbij vooralsnog om verschillende typen norovirus zonder duidelijke gezamenlijke oorzaak. Het aantal meldingen van rotavirusinfecties in de Virologische Weekstaten is niet verhoogd. (Bronnen: GGD (Gemeentelijke Gezondheidsdienst) Haaglanden, NIVEL, Virologische Weekstaten)
Figuur 1 Aantal gemelde positieve uitslagen van norovirusinfecties, Virologische Weekstaten 2012 – 2016 (download de pdf voor een grotere versie).
Nog steeds verheffing invasieve meningokokken-ziekte door serogroep W
Eerder werd bericht over een stijging van het aantal invasieve meningokokkeninfecties veroorzaakt door Neisseria meningitidis serogroep W (menW (meningokokken groep W)). Sinds het vorige bericht van 7 juli 2016 zijn er tot en met 20 oktober 11 menW-patiënten gemeld. Dit brengt het totaal aantal gemelde patiënten sinds oktober 2015 op 37 (zie Figuur 2), waarvan 3 zijn overleden. Het merendeel van de patiënten valt in de leeftijdsgroep 40-64 jaar (n=10) en 65+ (n=14). Van de 37 patiënten hadden er 11 (34%) sepsis, 5 (16%) meningitis, 3 (9%) sepsis en meningitis en 13 (41%) een ander beeld dan sepsis of meningitis. Bij de meeste patiënten (n=31, 89%) werd de ziekte veroorzaakt door fijntype P1.5,2:F1-1. (Bronnen: NRLBM, Osiris)
Figuur 2 Aantal patiënten met invasieve MenW vanaf juli 2015 (n=37) (download de pdf voor een grotere versie).
Buitenlandse signalen
Toename van tekenencefalitis in Duitsland
Duitsland meldt een toename van tekenencefalitis (TBE (tick-borne encephalitis)) in 2016. Tot
10 oktober 2016 werden er 305 patiënten met TBE gemeld vergeleken met gemiddeld 221 patiënten per jaar in de voorgaande jaren. Tijdens het transmissieseizoen 2016 werd ook geregeld melding gemaakt van patiënten met TBE die waren besmet in gebieden waar nog niet eerder transmissie van TBE was gemeld. Daarnaast meldt Duitsland voor het eerst TBE RNA (ribonucleic acid) in de tekensoort Dermacentor reticulatus. Omdat Dermacentor reticulatus-teken in de winter actief zijn – anders dan de Ixodus ricinus-teken – zou dit kunnen betekenen dat in regio’s waar Dermacentor reticulatus-teken voor-komen, het risico op TBE-infectie zich uitbreidt naar de winter. Het aantal TBE-patiënten nam in 2016 in meerdere landen in de EU (Europese Unie) toe. Dit is mogelijk te verklaren door de milde winter en het dit jaar vroeg actief worden van teken. Na de vondst van TBE virus in teken op de Sallandse Heuvelrug, zijn in 2016 de eerste 2 TBE-patiënten gemeld die in Nederland geïnfecteerd zijn. (Bronnen: ProMed, ECDC (European Centre for Disease Prevention and Control )-RT (Real Time))
WHO (World Health Organization )-jaarrapport Tuberculose
Het World Health Organization (WHO)-jaarrapport Tuberculose 2016 toont dat de wereldwijde tuberculose-epidemie groter is dan eerder verondersteld. Dit is onder andere te verklaren door nieuwe surveillancedata uit India. Het aantal doden door en de incidentie van tuberculose blijven echter afnemen. De incidentie is wereldwijd afgenomen met 1,5%. Er wordt geschat dat er wereldwijd 10,4 miljoen nieuwe tuberculosepatiënten waren in 2015. Zes landen zijn verantwoordelijk voor 60% van de gevallen: India, Indonesië, China, Nigeria, Pakistan en Zuid-Afrika. In 2015 waren er ongeveer 480.000 nieuwe patiënten met multidrugresistente tuberculose (MDR-TB (multidrugresistente)) en 100.000 tuberculose-patiënten hadden rifampicineresistente tuberculose (RR-TB (rifampicineresistente tuberculose)). Het aantal doden door tuberculose wordt geschat op 1,4 miljoen in 2015 exclusief 0,4 miljoen doden onder tuberculosepatiënten met hiv (humaan immunodeficientievirus). Nederland rapporteerde in 2015 867 patiënten aan de WHO. De incidentie van MDR (Multi Drug Resistant)/RR-TBC (rifampicineresistente tuberculose) in Nederland wordt door de WHO geschat op 0,14 per 100.000 inwoners. (Bron: Global tuberculosis report 2016).
Toename van cholera in Haïti na orkaan Matthew
In Haïti wordt een toename van het aantal cholerapatiënten gemeld na de verwoestingen die orkaan Matthew heeft aangericht. Tussen 4 en 13 oktober werden 148 patiënten gerapporteerd in de regio’s Grand’ Anse, 53 in Sud en 6 in Nord-Ouest. Buiten deze getroffen regio’s werden 28 patiënten in Artibonite gemeld. In Haïti is sinds de aardbeving in 2010 cholera endemisch, maar door de schade aan de infrastructuur en de overstromingen door de recente orkaan, is het risico op transmissie van cholera verder verhoogd. In totaal zijn 1,4 miljoen mensen aangewezen op medische of humanitaire hulp. (Bronnen: PAHO, OCHA)
Zikavirus in Zuid-, Midden-, en Noord-Amerika
De uitbraak van zikavirusinfecties in Zuid-, Midden-, en Noord-Amerika is nog steeds gaande (Figuur 3). Het ECDC heeft een nieuwe Rapid Risk Assessment uitgebracht. Het risico op lokale, vectoroverdraagbare transmissie van zikavirus in Europa wordt de komende maanden over het algemeen als laag ingeschat, omdat de belangrijkste vector (de gelekoortsmug; Aedes aegypti) hier niet gevestigd is – behoudens op Madeira en de oostelijke Turkse Zwarte Zeekust – en vanwege het ongunstige seizoen voor muggen. In Nederland is er alleen sprake van lokale transmissie in de Caribische gemeenten: Bonaire, Saba en Sint Eustatius. Ook in de andere landen binnen het Koninkrijk – Aruba, Curaçao en St. Maarten – komt lokale transmissie voor. In Europees Nederland zijn er tot nu circa 100 patiënten bekend die besmet zijn in het buitenland, met name in Midden- en Zuid-Amerika, waaronder Caribisch Nederland. Daarnaast is er 1 patiënt die hoogstwaarschijnlijk in Nederland besmet is door seksueel contact.
In Nederland en de Caribische gemeenten zijn sinds 1 november zikavirus-infecties bij zwangere vrouwen en zikavirusinfecties die gecompliceerd verlopen, meldingsplichtig conform de Wet publieke gezondheid. Voor zwangere vrouwen met een zikavirusinfectie en hun pasgeboren baby's is een follow-up-register opgezet. (Bronnen: ECDC-RRA, (Lab)inf@ct)
Figuur 3 Gebieden met bevestigde autochtone besmettingen met zikavirus in de afgelopen 3 maanden (download de pdf voor een grotere versie).
Uitbraak gele koorts in Peru
Tot en met 20 oktober 2016 meldden de gezondheidsautoriteiten van Peru 71 patiënten met gele koorts, waarvan 61 infecties laboratoriumbevestigd zijn en waaraan 26 patiënten zijn overleden (zie Figuur 4). De patiënten zijn verspreid over 8 van de 25 regio’s. De regio Junin rapporteerde het hoogste aantal, met 49 bevestigde en 5 vermoede infecties. De meeste patiënten zijn tussen 20-49 jaar. Het zijn hoofdzakelijk boeren, mijnwerkers en mensen die het oerwoud ingaan. Meerdere factoren hebben bijgedragen aan deze uitbraak: slechte kennis over de ziekte onder de bevolking, hoge migratie aan het begin van het jaar vanwege de oogst en mijnbouw en de lage vaccinatiegraad. De geschatte vaccinatiegraad in de getroffen regio’s wordt geschat op 68% onder kinderen jonger dan 15 maanden. De regering is gestart met een vaccinatiecampagne in Junin en breidt dit uit naar andere regio’s. (Bronnen: WHO, PAHO)
Figuur 4 Bevestigde patiënten met gele koorts in Peru, 2000-2016 (2016 t/m week 39) (download de pdf voor een grotere versie).
Auteur
S. Mooij, Centrum Infectieziektebestrijding, RIVM, Bilthoven