Het deel van de kinderen dat is gevaccineerd binnen het Rijksvaccinatieprogramma (RVP (Rijksvaccinatie programma)) is voor het tweede jaar op rij gedaald. Dat blijkt uit het rapport ‘Vaccinatiegraad en jaarverslag Rijksvaccinatieprogramma Nederland 2022’. Het RIVM maakt zich zorgen om deze daling. Een hoge vaccinatiegraad is belangrijk om mensen tegen ernstige ziekten te kunnen blijven beschermen en om uitbraken van deze ziektes te voorkomen.
In Nederland krijgen kinderen vaccinaties tegen twaalf besmettelijke ziektes die ernstig kunnen verlopen. Het merendeel van de kinderen neemt vanaf de geboorte deel aan het RVP (Rijksvaccinatie programma) (zie onderstaand figuur). Uit het rapport blijkt dat de geregistreerde vaccinatiegraad ongeveer 2 tot 5 % lager is dan vorig jaar. Voor de ziekte mazelen lijkt de vaccinatiegraad voor baby’s voor het eerst in jaren net onder de 90% te zijn. Een vaccinatiegraad boven de 95% is belangrijk om alle inwoners van Nederland tegen deze ziekte te beschermen. Als dat percentage niet wordt gehaald, is de kans groter dat mazelen weer terugkomt.
Gevolgen voor deelname op latere leeftijd
Ook voor de andere ziektes uit het Rijksvaccinatieprogramma is de vaccinatiegraad bij baby’s tot 2 jaar gedaald. Voor een optimale bescherming is het belangrijk het schema van het RVP te volgen. Wanneer kinderen eenmaal gestart zijn, vergroot dat de kans dat zij ook op latere leeftijd de vaccinaties gaan halen. Denk aan de vervolgvaccinaties bij 4 jaar (difterie, kinkhoest, tetanus, polio), 9 jaar (bof, mazelen, rodehond en difterie, tetanus, polio), 10 jaar (HPV (humaan papillomavirus)) en 14 jaar (meningokokken).
Deels anonieme gegevens
De exacte cijfers over de grootte van de daling kan het RIVM niet geven. Dit komt omdat het RIVM een deel van de gegevens over vaccinaties sinds 1 januari 2022 anoniem binnenkrijgt. Dat gebeurt als mensen geen toestemming geven om hun gegevens met het RIVM te delen. Anonieme vaccinaties (gemiddeld 5% van de vaccinaties in 2022) kunnen niet worden meegeteld voor de vaccinatiegraad. Dit aantal is nu nog klein. De cijfers uit deze rapportage gaan namelijk voor een groot deel over kinderen die al vóór 2022 de vaccinaties van het RVP hebben gehad.
Minder positief over vaccinaties
Een mogelijke oorzaak van de dalende vaccinatiegraad is dat jonge ouders minder positief over vaccinaties zijn gaan denken. Dat bleek uit een peiling van het RIVM uit 2022 in vergelijking met een peiling uit 2013. Ook uit Europees onderzoek blijkt dat in meerdere landen het vertrouwen van burgers in vaccins en vaccineren is afgenomen. Dit kan een gevolg zijn van de coronapandemie. De meeste ouders zijn echter nog steeds positief over vaccineren.
Verbeteren vaccinatiegraad
Het RIVM is inmiddels met de uitvoerders in gesprek om te kijken hoe de vaccinatiegraad kan worden verbeterd. Het wegnemen van belemmeringen voor ouders en tieners is daarbij belangrijk, bijvoorbeeld door meer mogelijkheden te creëren waar en wanneer ze de vaccinaties kunnen halen. Een andere oplossing zou kunnen zijn om ouders meer gelegenheid te geven om in gesprek te gaan met professionals. Daarnaast is het RIVM gestart met een nieuw onderzoeksprogramma dat inzicht gaat bieden in hoe je mensen het beste kunt informeren over vaccineren, hoe je kunt ondersteunen bij het maken van een vaccinatiekeuze en hoe vaccineren zo toegankelijk mogelijk kan worden gemaakt.
Toelichting: BMR (bof, mazelen,rodehond) = bof, mazelen, rodehond; HPV = humaan papillomavirus infectie; volledig = alle RVP-vaccinaties (vaccinaties in het Rijksvaccinatieprogramma) volgens schema ontvangen op 2-jarige leeftijd.
Figuur P1 Vaccinatiegraad (%) per 7 maart 2023 versus 3 maart 2022 en 2 maart 2021; vastgesteld op de leeftijd van twee jaar (baby’s), tien jaar (schoolkinderen) en veertien jaar (adolescente meisjes); in grijs: vaccinatiegraad inclusief vaccinaties die later zijn gegeven. De vaccinatiegraad wordt elk jaar begin maart vastgesteld. Let op: het betreft de vaccinatiegraad op basis van op persoon geregistreerde vaccinaties. De cijfers zijn exclusief anonieme vaccinaties en daarom een onderrapportage van de daadwerkelijke vaccinatiegraad. Op dit moment is het effect hiervan nog relatief beperkt omdat een groot deel van de kinderen al vóór 2022 voor de vaccinaties van het RVP zijn uitgenodigd.