Sinds 2020 voldoen steeds minder Nederlanders van 4 jaar en ouder aan de beweegrichtlijnen. In 2022 bewoog ruim 44,3% nog voldoende. Vooral jongeren, jongvolwassenen, mensen met betaald werk en hoger opgeleiden bewogen minder dan in 2019. Dat blijkt uit onderzoek van het RIVM waarin het cijfers over 2019 (voor de coronaperiode) met 2022 (na corona) met elkaar vergeleek. Alle bovengenoemde groepen zijn in hun vrije tijd minder gaan fietsen. Jongeren fietsen ook minder van en naar school. Jongvolwassenen zijn daarnaast vooral in hun vrije tijd minder gaan wandelen.
Uit de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor blijkt dat over de hele bevolking van 4 jaar en ouder bedroeg de daling 4,7%. Bij jongvolwassenen (18 tot en met 29 jaar) was de daling het grootst: 9,2%. Ook bij jongeren van 12 tot en met 17 jaar (7,5 %), mensen met betaald werk (6,4%) en hoger opgeleiden (7,5%) was de daling hoger dan gemiddeld.
Mogelijke invloed elektrische fiets
Wat opvalt, is dat jongeren meer zijn gaan sporten, maar toch minder vaak aan de beweegrichtlijnen voldoen. Dit komt omdat ze veel minder minuten fietsen per week. Zowel in hun vrije tijd (-51 minuten) als naar school (-48), terwijl het aantal dagen per week dat ze op de fiets naar school gaan (gemiddeld 4) hetzelfde bleef. Een mogelijke verklaring is het gebruik van de e-bike. Daarmee leg je dezelfde afstand af in minder tijd, wat zou kunnen zorgen voor minder minuten fietsen per week.
Zorgen om combinatie minder bewegen en veel zitten
De hierboven genoemde groepen zijn ook de mensen die gemiddeld het meeste aantal uren per dag zitten. Het RIVM vindt dit een zorgelijke ontwikkeling. Veel zitten hangt samen met een hoger risico op hart – en vaatziekten, diabetes type 2 en eerdere sterfte. Dit verband is sterker als mensen minder bewegen. Bij mensen die zeer actief zijn en ruim aan de beweegrichtlijnen voldoen is dat verband er bijna niet.
Over de beweegrichtlijnen
De beweegrichtlijnen, opgesteld door de Gezondheidsraad, houden in dat volwassenen elke week minstens 2,5 uur matig of zwaar intensief bewegen, zoals wandelen en fietsen. Dit moet verdeeld worden over meerdere dagen. Voor kinderen is dat elke dag minstens 1 uur. Daarnaast moeten volwassenen minimaal 2 keer per week spier- en botversterkende activiteiten doen en kinderen minimaal 3 keer per week.