Er zijn 3.597 nieuwe personen gemeld die positief getest zijn op COVID-19. Dit is bijna hetzelfde aantal nieuwe meldingen als vorige week (3.588 meldingen). In bijna alle leeftijdsgroepen is deze stabilisatie te zien.
De meeste meldingen van nieuwe vastgestelde besmettingen komen net als vorige week uit de provincies Zuid-Holland en Noord-Holland. In Noord-Holland is het aantal nieuwe besmettingen licht gedaald. In de provincies Zuid-Holland, Noord-Brabant en Utrecht is het aantal nieuwe besmettingen iets gestegen in vergelijking met het aantal in de week ervoor. (zie epidemiologische rapport)
Percentage positieve testen deze week 2,2%
Tussen 24 tot en met 30 augustus lag het aantal personen dat zich heeft laten testen bij de testlocaties van de GGD (Gemeentelijke Gezondheidsdienst)’en op 163.572*, een toename van ruim 23.000 geteste personen vergeleken met de week daarvoor. Van de mensen die zich afgelopen week hebben laten testen en waarvan de testuitslag inmiddels bekend is, heeft 2,2% een positieve uitslag. In de week van 17 augustus was dit 2,5%. In vier van de 25 GGD regio’s (Brabant-Zuidoost, Haaglanden, Utrecht en Gelderland-Midden) is het percentage positieve testen licht gestegen ten opzichte van vorige week. In de andere regio’s is het percentage positieve testen gedaald of gelijk gebleven. Het percentage positief was het hoogst (3,8-4,5%) in de GGD regio’s Rotterdam-Rijnmond, Amsterdam en Haaglanden.
*bron GGD-GHOR (Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio)
Ziekenhuisopnames
Het RIVM rapporteert vanaf deze week voor de ziekenhuisopnames op verpleegafdelingen ook aantallen van stichting NICE (Nationale Intensive Care Evaluatie). Voor het aantal opnames op de intensive-careafdelingen vanwege COVID-19 rapporteert het RIVM al vanaf april 2020 de gegevens van de stichting NICE.
Het RIVM meldt sinds maart 2020 het aantal ziekenhuisopnames op de verpleegafdelingen op basis van de meldingen aan de GGD’en. Tot 1 juni werden vooral ernstig zieke mensen op COVID-19 getest. Een groot deel van deze patiënten was al of werd kort daarna in het ziekenhuis opgenomen. In deze periode kwamen de meldingen van ziekenhuisopnames aan de GGD’en en die van stichting Nice goed overeen. Zie figuur 1a en 1b.
Per 1 juni kan iedereen zich laten testen op COVID-19. Er worden veel meer mensen in een vroeg stadium van de ziekte getest. Als mensen in de weken na hun vastgestelde en gemelde besmetting moeten worden opgenomen, wordt dit niet altijd, of met vertraging, doorgegeven aan de GGD’en. De afgelopen maanden wijken de cijfers op basis van de meldingen van GGD’en daardoor af van de aantallen van stichting NICE. Zie figuur 1a.
De cijfers van de Stichting NICE op de verpleegafdelingen zijn in deze fase van de epidemie een goede aanvulling op het actuele beeld van het aantal ziekenhuisopnames. Ziekenhuizen registreren elke dag voor Stichting NICE gegevens over COVID-19 patiënten op zowel de verpleeg- als op de intensive care afdelingen.
GGD Meldingen
Sinds de tweede helft van juli steeg het aantal meldingen van ziekenhuisopnames op basis van de GGD meldingen voor COVID-19. Zie figuur 1b. In de afgelopen week van 26 augustus tot en met 1 september zijn 57 mensen bij de GGD’en gemeld die vanwege COVID-19 opgenomen zijn in het ziekenhuis, ten opzichte van 84 in de week daarvoor. Deze patiënten zijn niet allemaal in de afgelopen week opgenomen in het ziekenhuis.
Stichting NICE
Ook in de registratie van Stichting NICE (Nationale Intensive Care Evaluatie) over het aantal nieuwe bewezen COVID-19 patiënten op de verpleegafdelingen is een toename te zien vanaf de tweede helft van juli. Zie figuur 1b. In de afgelopen week van 26 augustus tot en met 1 september zijn door Stichting NICE, 65 nieuwe opnames voor COVID-19 geregistreerd op de verpleegafdelingen in ziekenhuizen. De week daarvoor waren dat 111 nieuwe opnames van COVID-19 patiënten op de verpleegafdeling.*
Intensive Care
Op de Intensive Care-afdelingen meldt Stichting NICE, 11 nieuwe opnames in vergelijking met 28 IC (Intensive care)-opnames in de week daarvoor. *
*Voor een klein aantal in de afgelopen week geregistreerde patiënten geldt dat zij de week ervoor al waren opgenomen de verpleegafdeling of Intensive Care. De cijfers van vorige week kunnen daardoor zijn bijgesteld.
Figuur 1a. Aantal ziekenhuisopnames (verpleegafdelingen) vanwege bewezen COVID-19, zoals geregistreerd door GGD’en en Stichting NICE (Nationale Intensive Care Evaluatie), vanaf 6 juli 2020 naar datum van ziekenhuisopname.
Figuur 1b. Aantal ziekenhuisopnames (verpleegafdelingen) vanwege bewezen COVID-19, zoals geregistreerd door GGD’en en Stichting NICE (Nationale Intensive Care Evaluatie), vanaf 27 februari 2020 naar datum van ziekenhuisopname.
Overlijdens*
In de afgelopen week zijn 24 overleden COVID-19 patiënten gemeld. Dat is een daling van 8 overlijdens in vergelijking met de week daarvoor. Deze gemelde patiënten zijn niet allemaal in de afgelopen week overleden.
Reproductiegetal R 1
Het reproductiegetal is gelijk gebleven aan dat van vorige week. Het getal laat zien hoeveel andere mensen één persoon met het nieuwe coronavirus gemiddeld besmet. Het reproductiegetal is 1. Dit betekent dat 100 mensen die besmet zijn met het nieuwe coronavirus samen leiden tot 100 andere mensen die besmet worden. Het betrouwbaarheidsinterval ligt tussen 0,91 en 1,08.
Aantal COVID-19 besmettingsclusters gelijk aan vorige week
Er zijn op dit moment 453 actieve COVID-19 clusters bekend. Een besmettingscluster is drie of meer aan elkaar gerelateerde besmettingen. Dit is een zelfde aantal clusters van drie of meer aan elkaar gerelateerde besmettingen als vorige week. Ook is de gemiddelde grootte van deze clusters ongeveer gelijk aan de clustergrootte in de week daarvoor met 5,2 personen (range 3 - 48). De meeste clusters zijn gemeld in de thuissituatie, 148, hetzelfde als de week daarvoor. Met een gemiddelde clustergrootte van 3,9 (range 3 -14 mensen). Daarop volgt de vakantiesituatie en reizen met 74 clusters, daar is de gemiddelde clustergrootte hoger, 6,2 personen (range 3 - 47 personen). Daarna zijn de meeste clusters in verpleeghuizen gemeld, met 59 besmettingsclusters met een clustergrootte van 6,5 (range 3 - 39).
Om verdere verspreiding van het virus te voorkomen is het belangrijk dat mensen zich aan de maatregelen houden. Afstand houden en bij klachten thuisblijven en testen. Handen wassen, niezen en hoesten in de elleboog en het gebruik van papieren zakdoekjes.