Kijkend naar ecodistrictsgroepen bevinden de normoverschrijdingen van sulfaat zich voornamelijk in zandgebieden (o.a. Centrale Slenk en Peelhorst en oude rivierterrassen). Qua homogene gebieden is er sprake van normoverschrijdingen in verschillende typen gebieden (zand, klei, moerig). Verder is er in het middeldiepe grondwater (ca. 25 meter diepte) relatief vaker sprake van normoverschrijdingen dan in het ondiepe grondwater (ca. 10 meter diepte).
Inleiding
Via atmosferische depositie en bemesting komt zwavel op de bodem terecht. In de bodem komt zwavel voor in organische verbindingen (eiwitten) en anorganische verbindingen (pyriet, ijzersulfide). In grondwater komt zwavel meestal voor in de vorm van sulfaat. Sulfaat in het grondwater kan ook afkomstig zijn uit zout grondwater.
Sulfaat lost gemakkelijk op en is hierdoor een mobiele stof in het grondwater. Onder anaerobe omstandigheden kan sulfaat in het grondwater worden gereduceerd tot sulfide en neerslaan, bijvoorbeeld in de vorm van ijzersulfide. Daarnaast kan sulfaat worden gevormd uit zwavelverbindingen, als nitraatrijk grondwater naar diepere anaerobe lagen infiltreert en deze lagen zwavelverbindingen (bijv. pyriet) bevatten. Door oxidatie van pyriet zal de concentratie van sulfaat toenemen en kan de pH van het grondwater dalen [1].
Sinds eind jaren ‘70 is de atmosferische depositie van zwavel gedaald en de huidige depositie is lager dan die begin 1900. De grotere atmosferische depositie van zwavel uit het verleden wordt gereflecteerd in het diepere grondwater, waar de concentratie sulfaat hoger is dan in het ondiepe grondwater. Processen als pyrietoxidatie, waarbij sulfaat vrijkomt, en sulfaatreductie, waarbij sulfaat verdwijnt, kunnen uiteraard ook een rol spelen bij de huidige concentraties in het diepere grondwater [2].
Toestand
Bij de ecodistrictsgroepen is de hoogste mediane concentratie sulfaat in het ondiepe grondwater (ca. 10 meter diepte) aanwezig in de Peelhorst en oude rivierterrassen en in het zuidwestelijk zandgebied. Verder is de mediane concentratie relatief hoog in het krijt en lössgebied, het oostelijk dekzandgebied met geïsoleerde stuwwallen en de rivierkleigebieden.
Bij de homogene gebieden is de hoogste mediane concentratie sulfaat in het ondiepe grondwater aangetroffen in het stedelijk gebied in hoog Nederland. Bovendien zijn de mediane concentraties sulfaat hoog in gras/maïs op rivierklei, gras/maïs op moerige grond en stedelijk gebied op zand.
Bij de ecodistrictsgroepen in het middeldiepe grondwater (ca. 25 meter diepte) is de mediane concentratie sulfaat het hoogst in de Peelhorst en oude rivierterrassen en in het zuidwestelijk zandgebied.
Bij de homogene gebieden in het middeldiepe grondwater is de hoogste mediane concentratie aanwezig in het stedelijk gebied in hoog Nederland. Daarnaast zijn er relatief hoge mediane concentraties in akkerbouw op zand en stedelijk gebied op zand.
De gebruikte norm voor sulfaat is de drinkwaternorm (zie Tabel 2 in Metingen: waar, wat en hoe?). Bij de ecodistrictsgroepen zijn de hoogste percentages normoverschrijdingen in het ondiepe grondwater aanwezig in de Centrale Slenk (36 %) en de Peelhorst en oude rivierterrassen (32 %). In het middeldiepe grondwater zijn de percentages normoverschrijdingen het hoogst in de Peelhorst en oude rivierterrassen (45 %) en het zuidwestelijk zandgebied (38 %).
Bij de homogene gebieden worden de hoogste percentages normoverschrijdingen in het ondiepe grondwater aangetroffen in gras/maïs op zeeklei (23 %), gras/maïs op moerige grond (22 %) en akkerbouw op zeeklei (17 %). In het middeldiepe grondwater zijn de percentages normoverschrijdingen het hoogst in stedelijk gebied op zand (25 %), gras/maïs op moerige grond (25 %) en gras/maïs op zand (24 %). Verder zijn er relatief hoge percentages normoverschrijdingen in bos/natuur op duinzand, akkerbouw op zand, akkerbouw op zeeklei (allen 22 %) en gras/maïs op zeeklei (17 %).
Kaarten, boxplots en tabellen
In de onderstaande uitklapschermen staan de kaarten, boxplots en tabellen voor sulfaat 2015-2018.
Ecodistrictgebieden
Kaart 1. Mediane sulfaatconcentratie per gebied in het ondiepe grondwater t.o.v. grondwaterkwaliteitsnorm, ecodistrictgebieden, 2015-2018.
Figuur 1. Spreiding van de mediane sulfaatconcentratie per gebied in het ondiepe grondwater, ecodistrictgebieden, 2015-2018.
Tabel 1. Statistische gegevens bij figuur 1.
Percentiel | 10% | 25% | 50% | 75% | 90% |
---|---|---|---|---|---|
1. duinen en strandwallen | 0,240 | 6,177 | 18,665 | 47,936 | 85,050 |
2. laagveengebieden | 0,240 | 0,240 | 0,240 | 8,711 | 20,326 |
3. polders en droogmakerijen | 0,240 | 0,240 | 0,240 | 0,505 | 0,505 |
4. zeekleigebieden | 0,218 | 0,240 | 0,859 | 54,509 | 97,081 |
5. rivierkleigebieden | 0,240 | 23,268 | 40,250 | 63,867 | 106,673 |
6. beekdalcomplexen | 9,629 | 20,418 | 29,889 | 36,563 | 45,719 |
7. hoogveengebied | 0,240 | 0,240 | 8,083 | 30,130 | 60,970 |
8. Gelderse Vallei en Veluwezoom | 0,240 | 12,096 | 26,820 | 50,648 | 68,883 |
9. oostelijk dekzandgebied met geïsoleerde stuwwallen | 9,868 | 27,983 | 42,043 | 55,507 | 86,621 |
10. keileemgebieden | 0,240 | 9,775 | 21,569 | 41,000 | 86,091 |
11. Utrechtse Heuvelrug en Veluwe | 5,421 | 16,541 | 22,850 | 37,957 | 58,580 |
12. Centrale Slenk | 0,240 | 22,985 | 33,954 | 108,258 | 189,043 |
13. zuidwestelijk zandgebied | 33,392 | 35,488 | 56,096 | 72,709 | 93,012 |
14. Peelhorst en oude rivierterrassen | 21,738 | 38,907 | 60,097 | 100,846 | 153,630 |
15. krijt- en lössgebied | 9,175 | 21,833 | 43,107 | 108,026 | 164,329 |
Tabel 2. Aanvullende data bij de mediane sulfaatconcentratie per gebied in het ondiepe grondwater, ecodistrictgebieden, 2015-2018.
Ecodistrictgroep | Aantal unieke filters | Aantal waarnemingen 2015-2018 | Rapportage-grens (ug/l) | Percentage waarnemingen onder de rapp. grens | Norm (mg/l) | Percentage waarnemingen boven de norm |
---|---|---|---|---|---|---|
1. duinen en strandwallen | 15 | 45 | <0.48 | 13 | 100 | 7 |
2. laagveengebieden | 27 | 59 | <0.48 | 66 | 100 | 0 |
3. polders en droogmakerijen | 17 | 32 | <0.48 | 75 | 100 | 12 |
4. zeekleigebieden | 41 | 70 | <0.48 | 49 | 100 | 20 |
5. rivierkleigebieden | 28 | 58 | <0.48 | 9 | 100 | 14 |
6. beekdalcomplexen | 9 | 27 | NA | NA | 100 | 0 |
7. hoogveengebied | 19 | 49 | <0.48 | 37 | 100 | 0 |
8. Gelderse Vallei en Veluwezoom | 10 | 27 | <0.48 | 19 | 100 | 0 |
9. oostelijk dekzandgebied met geïsoleerde stuwwallen | 29 | 86 | NA | NA | 100 | 3 |
10. keileemgebieden | 38 | 112 | <0.48 | 11 | 100 | 5 |
11. Utrechtse Heuvelrug en Veluwe | 19 | 54 | NA | NA | 100 | 0 |
12. Centrale Slenk | 22 | 60 | <0.48 | 8 | 100 | 36 |
13. zuidwestelijk zandgebied | 16 | 48 | NA | NA | 100 | 6 |
14. Peelhorst en oude rivierterrassen | 22 | 63 | NA | NA | 100 | 32 |
15. krijt- en lössgebied | 4 | 8 | NA | NA | 100 | 25 |
Kaart 2. Mediane sulfaatconcentratie per gebied in het middeldiepe grondwater t.o.v. grondwaterkwaliteitsnorm, ecodistrictgebieden, 2015-2018.
Figuur 2. Spreiding van de mediane sulfaatconcentratie per gebied in het middeldiepe grondwater, ecodistrictgebieden, 2015-2018.
Tabel 3. Statistische gegevens bij figuur 2.
Percentiel | 10% | 25% | 50% | 75% | 90% |
---|---|---|---|---|---|
1. duinen en strandwallen | 0,216 | 0,388 | 12,993 | 54,378 | 68,195 |
2. laagveengebieden | 0,216 | 0,240 | 0,240 | 4,104 | 9,266 |
3. polders en droogmakerijen | 0,240 | 0,240 | 0,240 | 0,240 | 0,240 |
4. zeekleigebieden | 0,240 | 0,240 | 0,240 | 92,710 | 153,420 |
5. rivierkleigebieden | 0,240 | 25,101 | 46,430 | 61,808 | 89,025 |
6. beekdalcomplexen | 0,216 | 6,849 | 20,954 | 72,237 | 95,916 |
7. hoogveengebied | 0,216 | 0,240 | 0,317 | 11,741 | 20,921 |
8. Gelderse Vallei en Veluwezoom | 0,240 | 0,240 | 0,464 | 9,340 | 9,340 |
9. oostelijk dekzandgebied met geïsoleerde stuwwallen | 0,240 | 34,864 | 54,556 | 82,463 | 133,852 |
10. keileemgebieden | 0,216 | 6,908 | 31,350 | 46,558 | 79,146 |
11. Utrechtse Heuvelrug en Veluwe | 7,708 | 24,254 | 29,641 | 39,855 | 57,165 |
12. Centrale Slenk | 0,216 | 27,705 | 39,934 | 81,263 | 128,118 |
13. zuidwestelijk zandgebied | 0,216 | 47,856 | 83,271 | 119,574 | 196,903 |
14. Peelhorst en oude rivierterrassen | 0,613 | 46,401 | 92,903 | 159,845 | 242,465 |
15. krijt- en lössgebied | 0,825 | 14,819 | 28,814 | 49,341 | 69,868 |
Tabel 4. Aanvullende data bij de mediane sulfaatconcentratie per gebied in het middeldiepe grondwater, ecodistrictgebieden, 2015-2018.
Ecodistrictgroep | Aantal unieke filters | Aantal waarnemingen 2015-2018 | Rapportage-grens (ug/l) | Percentage waarnemingen onder de rapp. grens | Norm (mg/l) | Percentage waarnemingen boven de norm |
---|---|---|---|---|---|---|
1. duinen en strandwallen | 15 | 15 | <0.48 | 27 | 100 | 20 |
2. laagveengebieden | 27 | 32 | <0.48 | 69 | 100 | 0 |
3. polders en droogmakerijen | 17 | 16 | <0.48 | 94 | 100 | 6 |
4. zeekleigebieden | 37 | 39 | <0.48 | 56 | 100 | 24 |
5. rivierkleigebieden | 28 | 29 | <0.48 | 14 | 100 | 4 |
6. beekdalcomplexen | 9 | 14 | <0.48 | 21 | 100 | 0 |
7. hoogveengebied | 18 | 21 | <0.48 | 52 | 100 | 0 |
8. Gelderse Vallei en Veluwezoom | 10 | 10 | <0.48 | 60 | 100 | 0 |
9. oostelijk dekzandgebied met geïsoleerde stuwwallen | 28 | 41 | <0.48 | 2 | 100 | 11 |
10. keileemgebieden | 37 | 40 | <0.48 | 15 | 100 | 14 |
11. Utrechtse Heuvelrug en Veluwe | 17 | 17 | NA | NA | 100 | 0 |
12. Centrale Slenk | 21 | 21 | <0.48 | 10 | 100 | 14 |
13. zuidwestelijk zandgebied | 16 | 16 | <0.48 | 6 | 100 | 38 |
14. Peelhorst en oude rivierterrassen | 22 | 22 | <0.48 | 5 | 100 | 45 |
15. krijt- en lössgebied | 3 | 3 | NA | NA | 100 | 0 |
Homogene gebieden
Figuur 3. Spreiding van de mediane sulfaatconcentratie per gebied in het ondiepe grondwater, homogene gebieden, 2015-2018.
Tabel 5. Statistische gegevens bij figuur 3.
Percentiel | 10% | 25% | 50% | 75% | 90% |
---|---|---|---|---|---|
1. bos, natuur/duinzand | 0,240 | 6,603 | 18,665 | 25,787 | 27,510 |
2. gras-mais/veen | 0,240 | 0,240 | 0,240 | 0,648 | 0,700 |
3. gras-mais/zeeklei | 0,240 | 0,240 | 0,240 | 3,643 | 3,643 |
4. akkerbouw/zeeklei | 0,218 | 0,240 | 0,240 | 67,421 | 97,081 |
5. stedelijk geb./antropogeen (laag NL) | 0,240 | 0,443 | 0,859 | 14,947 | 31,224 |
6. gras-mais/rivierklei | 0,240 | 16,818 | 45,338 | 95,621 | 175,048 |
7. gras-mais/zand | 0,240 | 23,567 | 36,870 | 66,596 | 130,840 |
8. akkerbouw/zand | 12,165 | 20,418 | 38,830 | 86,091 | 100,430 |
9. bos, natuur/zand | 5,421 | 14,585 | 27,493 | 41,897 | 69,287 |
10. stedelijk gebied/zand | 8,236 | 31,588 | 43,622 | 67,355 | 76,131 |
11. gras-mais/moerig | 0,240 | 21,363 | 44,282 | 57,050 | 100,846 |
12. stedelijk geb./antropogeen (hoog NL) | 22,710 | 35,005 | 47,762 | 93,465 | 139,420 |
Tabel 6. Aanvullende data bij de mediane sulfaatconcentratie per gebied in het ondiepe grondwater, homogene gebieden, 2015-2018.
Homogeen gebied | Aantal unieke filters | Aantal waarnemingen 2015-2018 | Rapportage-grens | Percentage waarnemingen onder de rapp. grens | Norm (mg/l) | Percentage waarnemingen boven de norm |
---|---|---|---|---|---|---|
1. bos, natuur/duinzand | 9 | 27 | <0.48 | 11 | 100 | 0 |
2. gras-mais/veen | 16 | 34 | <0.48 | 82 | 100 | 0 |
3. gras-mais/zeeklei | 13 | 21 | <0.48 | 71 | 100 | 23 |
4. akkerbouw/zeeklei | 24 | 41 | <0.48 | 63 | 100 | 17 |
5. stedelijk geb./antropogeen (laag NL) | 7 | 14 | <0.48 | 29 | 100 | 0 |
6. gras-mais/rivierklei | 14 | 28 | <0.48 | 7 | 100 | 14 |
7. gras-mais/zand | 76 | 222 | <0.48 | 8 | 100 | 13 |
8. akkerbouw/zand | 9 | 26 | NA | NA | 100 | 11 |
9. bos, natuur/zand | 47 | 137 | NA | NA | 100 | 2 |
10. stedelijk gebied/zand | 8 | 24 | NA | NA | 100 | 12 |
11. gras-mais/moerig | 9 | 23 | <0.48 | 22 | 100 | 22 |
12. stedelijk geb./antropogeen (hoog NL) | 14 | 40 | NA | NA | 100 | 14 |
Figuur 4. Spreiding van de mediane sulfaatconcentratie per gebied in het middeldiepe grondwater, homogene gebieden, 2015-2018.
Tabel 7. Statistische gegevens bij figuur 4.
Percentiel | 10% | 25% | 50% | 75% | 90% |
---|---|---|---|---|---|
1. bos, natuur/duinzand | 0,216 | 5,138 | 12,993 | 40,561 | 40,561 |
2. gras-mais/veen | 0,216 | 0,240 | 0,240 | 0,423 | 0,606 |
3. gras-mais/zeeklei | 0,240 | 0,240 | 0,240 | 27,534 | 54,827 |
4. akkerbouw/zeeklei | 0,216 | 0,240 | 0,240 | 38,301 | 68,264 |
5. stedelijk geb./antropogeen (laag NL) | 0,240 | 0,240 | 3,359 | 17,876 | 40,905 |
6. gras-mais/rivierklei | 0,240 | 3,298 | 40,434 | 49,920 | 88,870 |
7. gras-mais/zand | 0,216 | 9,795 | 41,578 | 95,127 | 211,613 |
8. akkerbouw/zand | 0,240 | 0,613 | 52,231 | 98,783 | 217,384 |
9. bos, natuur/zand | 0,216 | 20,998 | 29,996 | 45,261 | 68,779 |
10. stedelijk gebied/zand | 25,546 | 34,265 | 48,841 | 88,483 | 125,126 |
11. gras-mais/moerig | 0,216 | 0,249 | 15,158 | 109,216 | 161,040 |
12. stedelijk geb./antropogeen (hoog NL) | 30,269 | 41,905 | 77,510 | 88,945 | 97,985 |
Tabel 8. Aanvullende data bij de mediane sulfaatconcentratie per gebied in het middeldiepe grondwater, homogene gebieden, 2015-2018.
Homogeen gebied | Aantal unieke filters | Aantal waarnemingen 2015-2018 | Rapportage-grens | Percentage waarnemingen onder de rapp. grens | Norm (mg/l) | Percentage waarnemingen boven de norm |
---|---|---|---|---|---|---|
1. bos, natuur/duinzand | 9 | 9 | <0.48 | 22 | 100 | 22 |
2. gras-mais/veen | 16 | 19 | <0.48 | 79 | 100 | 0 |
3. gras-mais/zeeklei | 12 | 13 | <0.48 | 69 | 100 | 17 |
4. akkerbouw/zeeklei | 23 | 24 | <0.48 | 67 | 100 | 22 |
5. stedelijk geb./antropogeen (laag NL) | 6 | 6 | <0.48 | 33 | 100 | 0 |
6. gras-mais/rivierklei | 14 | 14 | <0.48 | 21 | 100 | 0 |
7. gras-mais/zand | 75 | 86 | <0.48 | 14 | 100 | 24 |
8. akkerbouw/zand | 9 | 9 | <0.48 | 33 | 100 | 22 |
9. bos, natuur/zand | 43 | 47 | <0.48 | 6 | 100 | 2 |
10. stedelijk gebied/zand | 8 | 8 | NA | NA | 100 | 25 |
11. gras-mais/moerig | 8 | 10 | <0.48 | 30 | 100 | 25 |
12. stedelijk geb./antropogeen (hoog NL) | 14 | 17 | NA | NA | 100 | 0 |
[1] Van Vliet, M. E., Vrijhoef, A., Boumans, L. J. M., & Wattel-Koekkoek, E. J. W. (2010). De kwaliteit van ondiep en middeldiep grondwater in Nederland: In het jaar 2008 en de verandering daarvan in 1984-2008. RIVM rapport 680721005.
[2] Fraters, B., & De Goffau, A. (2015). Sulfaat in grondwater en oppervlaktewater in Nederland: Overzicht van meetresultaten van nationale meetnetten.