The influence of agricultural activities on particularly resistant bacteria in surface water. ESBL and AmpC producing E. coli

The influence of agricultural activities on particularly resistant bacteria in surface water. ESBL and AmpC producing E. coli

Go to abstract

Samenvatting

In het algemeen komen door landbouw weinig resistente bacteriën in oppervlaktewater, zoals sloten en rivieren. Toch kunnen op sommige momenten en plaatsen grote hoeveelheden resistente bacteriën in het water terechtkomen. Dat hangt af van de hoeveelheid regen en het type landbouwactiviteit. Vooral in gemeenten met veel leghennen zijn vaker en meer resistente bacteriën in het oppervlaktewater aangetroffen dan in gemeenten met minder leghennen. De aanwezigheid van andere dieren dan leghennen of het uitrijden van mest blijken geen merkbare invloed te hebben. Lozingen van rioolwater hebben meer effect op het aantal resistente bacteriën dan landbouwactiviteiten. Dit blijkt uit onderzoek van het RIVM. Resistente bacteriën kunnen in de bodem terechtkomen vanuit de ontlasting van landbouwhuisdieren. Dat kan gebeuren wanneer de mest over het land wordt verspreid of de stallen worden schoongemaakt. Het kan ook via de uitwerpselen van dieren in de wei, zoals koeien en schapen, of van vrije uitloopdieren, zoals leghennen. Door regen kunnen de bacteriën vanuit de bodem in het oppervlaktewater terechtkomen. Hoe meer regenwater, hoe meer dat gebeurt. Rioolwater wordt op oppervlaktewater geloosd nadat rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI's) het hebben gezuiverd. Als er heel veel regen valt, is er te veel rioolwater en wordt een deel van het rioolwater ongezuiverd geloosd. Eerder RIVM-onderzoek toonde aan dat lozingen van zowel gezuiverd als ongezuiverd rioolwater de aantallen resistente bacteriën in het oppervlakteater vergroten. Dit keer zijn 51 wateren in landbouwgebied, verspreid over Nederland, onderzocht. In deze wateren komt geen rioolwater, waardoor de invloed van landbouw goed kon worden onderzocht. Elke maand zijn twee soorten resistente bacteriën (de ESBL-producerende E. coli en de AmpC-producerende E. coli) gemeten. Deze aantallen zijn gecombineerd met gegevens over het aantal dieren in het gebied en de hoeveelheid mest die over het land is uitgereden. Ook is gekeken naar de het seizoen, omdat niet in alle seizoenen mest wordt uitgereden. Ten slotte zijn gegevens over de hoeveelheid regen gebruikt.

Abstract

Generally speaking, not many resistant bacteria end up in surface water such as ditches and rivers as a result of agricultural activities. However, large quantities of resistant bacteria can end up in such waters at certain times and certain locations. This depends on the quantity of rainfall and type of agricultural activity.

In particular, resistant bacteria were found in surface water of municipalities with large numbers of laying hens. The presence of other animals or the spreading of manure on agricultural land does not have any noticeable effect. Discharges of sewage water have more effect on the number of resistant bacteria than do agricultural activities. This was the conclusion of a study carried out by RIVM (National Institute for Public Health and the Environment).

Resistant bacteria can end up in the soil via the faeces of domestic farm animals. This can take place when the manure is spread out over the land or the stalls are cleaned out. It can also take place via the faeces of animals on pasture land, such as cows and sheep, or of free-range animals such as laying hens. Via the rain, the bacteria can then be transported from the soil into the surface water. The more rainfall there is, the more this happens.

Sewage water is discharged into surface water after it has been treated in sewage water treatment plants. However, if heavy rainfall occurs, there is too much sewage water and a part of the sewage water is discharged without being treated. A previous RIVM study showed that discharges of treated as well as untreated sewage water lead to an increase in the numbers of resistant bacteria in the surface water.

For the present study, 51 waters were investigated, located in agricultural areas throughout the Netherlands. No sewage water is discharged into these waters, so that the influence of agriculture can be investigated effectively here. Each month, two types of resistant bacteria (the ESBL producing E. coli and the AmpC producing E. coli) were measured. These numbers were studied in combination with data on the number of animals in the area and the quantity of manure that was spread onto the soil. The influence of the season was also taken into account, since manure is not spread onto the soil in all seasons. Finally, data on the quantity of rainfall was used.

Uitgever

Instituut
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM

Resterend

Grootte
2278 kb