Leverbotinfectie (fasciolose) wordt veroorzaakt door de platworm Fasciola hepatica (of Fasciola gigantica in de tropen) die in de lever en galgangen van herkauwers leeft en eventueel de mens kan besmetten.

 

Besmetting

De volwassen leverbot leeft in de lever van eindgastheren en legt eitjes die met de gal in de mest terecht komen, en zo op het weiland belanden. De larven die uit de eitjes komen hebben een tussengastheer nodig, een poelslak van de soort Lymnea, waarin ze tot een volgend stadium evolueren. Uit de slak komen dan weer een soort larven van een daarop volgend stadium.  Deze larven gaan aan waterplanten of gras in vochtige omgeving ‘vastplakken’ en veranderen daar in een larvestadium dat infectieus is voor de eindgastheer, meestal een herkauwer, zoals rund of schaap. Maar ook andere dieren en mensen kunnen eindgastheren zijn voor leverbot. Door het eten van gras of waterplanten krijgt de eindgastheer deze larve binnen. Deze larve verandert tijdens de trektocht vanuit het maagdarmkanaal op weg naar de lever in een leverbotje.  In de lever groeit het botje uit tot een volwassen bot die eitjes gaat leggen. Hiermee is de cyclus rond.

Het stadium in de slak is een verplicht tussenstation voor de larven. Zonder de veranderingen die hierin worden doorgemaakt kan er geen stadium ontstaan dat infectieus is voor de eindgastheer. Eindgastheren kunnen zich niet rechtstreeks besmetten met de eitjes die door de leverbotten in hun lever zijn uitgescheiden.
Voor het onderhouden van leverbotinfecties bij de dieren zijn zowel geïnfecteerde herkauwers nodig, als omstandigheden die maken dat er slakken zijn (vocht, bijvoorbeeld drassige weilanden). Andersom is het bestrijden van de infectie enerzijds mogelijk door geïnfecteerde dieren te behandelen en anderzijds door slakken te weren, bijvoorbeeld door drainage van het grasland.
Ook de mens kan zich besmetten met het larvale stadium dat infectieus is voor de herkauwer.

Preventie

Een bekende uitbraak van leverbot besmetting bij de mens werd veroorzaakt door het eten van rauwe waterkers in Frankrijk.

Preventief wordt aangeraden waterkers goed te wassen, maar dit is echter niet voldoende om het leverbot stadia eraf te wassen. Het is beter te kijken naar de herkomst van de waterkers. Als dat van een bedrijf is waar herkauwers gemakkelijk in de buurt van de waterkersvelden kunnen komen, kunt u het beter niet rauw eten. In Nederland zou men in verband met leverbot niet moeten kauwen op grassprietjes of veldzuring in gebieden waar zowel herkauwers als poelslakken voorkomen (slootranden in weilanden bijvoorbeeld).

Ziekteverschijnselen dier

Bij runderen, schapen en geiten, kan een plotselinge heftige ziekte ontstaan (vooral bij lammeren), die veroorzaakt wordt door ernstige schade en ontsteking aan de buikholte, lever en galgangen.
De jonge dieren kunnen plotseling sterven of slechts enkele dagen ziek zijn (verlies aan eetlust, zwakte) voor ze sterven. Bij volwassen dieren verloopt de ziekte meestal chronisch en is mede afhankelijk van de hoeveelheid leverbotten in de lever. Gewichtsverlies, bloedarmoede, diarree en oedeem zijn mogelijke verschijnselen.

Ziekteverschijnselen mens

De ziekte bij de mens wordt gekenmerkt door verschijnselen van leverlijden (vergrote lever, geelzucht, bloedarmoede), koorts, buikpijn en gewichtsverlies.