Go to abstract

Samenvatting

Van dit rapport is een herziene versie verschenen d.d. 6 september 2022 onder nummer 2022-0036.

Het Beleidskader Pre- en Neonatale Screeningen geeft een overzicht van de wettelijke en beleidsmatige kaders voor vijf screeningen die tijdens de zwangerschap en kort na de geboorte preventief worden aangeboden. Deze kaders zijn door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) vastgesteld. Er zijn drie screeningen voor het ongeboren kind: op het syndroom van down, op enkele infectieziekten zoals hiv, en lichamelijke afwijkingen. De screeningen vlak na de geboorte betreffen het gehoor van het kind en de hielprik. Het RIVM voert sinds 2006 de regie op de bevolkingsonderzoeken en bewaakt vanuit die rol de kwaliteit, bereikbaarheid en betaalbaarheid ervan. Het beleidskader is een instrument om de regie te voeren. De uitvoering ligt bij de uitvoeringsorganisaties. Het beleidskader beschrijft eveneens hoe partijen samenwerken die betrokken zijn bij de voorbereiding van, besluitvorming over en uitvoering van de pre- en neonatale screeningen. Voor een goede kwaliteit van de screening is het immers van belang dat alle logistieke en inhoudelijke processen goed op elkaar aansluiten. Vooral de 'overgang' van een uitslag van een bevolkingsonderzoek naar een diagnose en behandeling is een belangrijke stap, waarvoor partijen binnen het bevolkingsonderzoek en de zorg gezamenlijk verantwoordelijk zijn. Daarnaast worden de kaders weergegeven die relevant zijn voor de nadere uitwerking van de draaiboeken van de screeningen. Deze draaiboeken zijn vooral gericht op de wijze waarop de screeningen worden uitgevoerd. Het beleidskader zal regelmatig worden getoetst en indien nodig aangepast aan de actualiteit.

Abstract

The Policy Framework for Antenatal and Neonatal Screening provides an overview of the legal and policy-related frameworks for five preventive screening tests available during pregnancy and immediately following childbirth. These frameworks have been defined by the Ministry for Public Health, Welfare and Sport (VWS). There are three screening tests for the unborn child: for Down Syndrome, for a number of infectious diseases, including HIV, and for physical abnormalities. The neonatal screening tests concern the child's hearing and the neonatal heel prick.

The National Institute for Public Health and the Environment (RIVM) has been responsible for national population screening since 2006 and in that role monitors the quality, accessibility and affordability of such screenings. The policy framework is an instrument that enables the RIVM to perform its supervisory tasks, while responsibility for the conduct of screening projects lies with the operational organisations.

The policy framework also sets out the parameters for collaboration between parties involved in the preparation of, decision-making on and conduct of antenatal and neonatal screening, the reason being that adequate alignment of all logistical and substantive processes is key to ensure that the quality of screenings is up to par. Especially the 'transition' of an outcome of a population screening to a diagnosis and treatment is an important step, for which the parties involved in the screening and in care provision will be jointly responsible.

In addition, the framework sets out relevant requirements for the elaboration of screening plans. The main focus of these plans is on the way in which screenings are conducted.

The policy framework will be assessed regularly and, if necessary, adapted to the current situation.

Resterend

Grootte
1.05MB