Go to abstract

Samenvatting

Er is een methodiek ontwikkeld, gebaseerd op een stapsgewijze aanpak, om de locatie-specifieke risico's van bodemverontreiniging met asbest te kunnen bepalen. Bovendien is een onderbouwing gegeven voor de interventiewaarde voor asbest, welke recentelijk werd geformaliseerd door het Ministerie van VROM via het Interimbeleid voor asbest in bodem, grond en puin(granulaat). Risico's voor de mens ten gevolge van inhalatie van asbest vezels zijn het meest kritisch. Daarom is de risico-analyse gebaseerd op de mogelijkheid voor asbestvezels om in de lucht te komen, waarbij een verschil wordt gemaakt tussen chrysotiel en amfibool asbest, hechtgebonden en niet-hechtgebonden asbest en respirabele en niet-respirabele fractie in de bodem. Omdat het gedrag van asbest in de bodem verschilt van die van andere contaminant is geen gebruik gemaakt van het CSOIL blootstellingsmodel. In plaats hiervan is voor de afleiding van de interventiewaarde gebruik gemaakt van meetresultaten uit de praktijk, te weten asbestconcentraties in de bodem en de lucht. In stap 2 en 3 van de methode om het locatie-specifieke risico te bepalen is gebruik gemaakt van meetmethoden.

Abstract

A methodology based on a tiered (three-step) approach was developed to enable site-specific assessment of risks of soil contamination with asbestos. Along with the presentation of this methodology, we have endeavoured to underpin the Intervention Value for soil remediation for asbestos, which was recently released by the Dutch Ministry of Housing, Spatial Planning and the Environment in its interim policy on asbestos in soil. Because risks to humans after inhalation of asbestos are the most critical, the risk assessment was based on the probability of asbestos fibre emission from soil to air, making a distinction between chrysotile and amphibole asbestos, bound and friable asbestos, and the respirable and non-respirable fraction in soil. Because the behaviour of asbestos in soil is different from the behaviour of any other soil contaminant, the CSOIL exposure model was not used. Instead, use was made of measuring results, i.e. the concentrations of asbestos in soil and air, for deriving the Intervention Value. Guidance on measurement procedures has been incorporated into tiers 2 and 3 of the methodology for determining site-specific human risks.

Resterend

Grootte
571KB