Go to abstract

Samenvatting

Bij de GGD-en en soa-poliklinieken wordt ten behoeve van de non-curatieve soa-bestrijding een registratie bijgehouden van de bezoekers met een soa-hulpvraag of HIV-testverzoek. De registratie omvat alleen gegevens van geregistreerde bezoekers van een soa-spreekuur waarbij daadwerkelijk een soa-onderzoek of HIV-test werd uitgevoerd. In 2001 registreerden 41 GGD-en en een soa-polikliniek in totaal 20.136 consulten (stijging van 29% t.o.v. 2000), waarvan 48% bij mannen en 51% bij vrouwen. Van deze consulten werd bij 55% een soa-onderzoek uitgevoerd, bij 14% een HIV-test en bij 31% beide. In vergelijking met 2000 is het aantal testen voor soa alleen met 27% toegenomen, voor HIV alleen met 2% en voor zowel soa als HIV met 49%. Driekwart van de bezoekers was afkomstig uit Nederland. De meeste consulten voor soa vonden plaats vanwege klachten en eigen risicogedrag. Bij consulten voor HIV-testverzoeken bleken eigen risicogedrag, aanvang van een nieuwe relatie en het risicogedrag van de partner de meest voorkomende redenen te zijn. Het aantal soa steeg in 2001 met 21% tot 5.576; voor vrouwen 18%, voor mannen 24%. Bij 28% van de bezoekers waarbij soa-onderzoek is gedaan, werd een soa geconstateerd. De meest voorkomende soa was chlamydia; bij mannen gevolgd door genitale wratten, gonorroe en niet specifieke urethritis en bij vrouwen gevolgd door bacteriele vaginose, candidiasis en genitale wratten. Chlamydia steeg met 40%; bij mannen met 27% en bij vrouwen met 49%. Gonorroe steeg met 32%; bij mannen met 25% en bij vrouwen met 60%. Opvallend is het aandeel jonge vrouwen: 69% was jonger dan 25 jaar; voor chlamydia was dit 64%. Het aantal gevallen van syfilis steeg met 22%; bij mannen met 30%, bij vrouwen met 15%. Van alle vrouwen met syfilis was 43% afkomstig uit sub-Sahara Afrika en Oost-Europa en was de helft werkzaam in de prostitutie. Van alle mannen met syfilis was 59% homo- of biseksueel. Het aantal HIV-testverzoeken steeg met 30% tot 9.028 consulten waarbij 0,7% positief bleek te zijn. Bij de homo- en biseksuele mannen steeg het aantal HIV-testen met 38% en bij heteroseksuele mannen 29%. In de groep HIV-positieven waren de homo- en biseksuele mannen, net als in 2000, het meest vertegenwoordigd.

Abstract

Public health nurses at municipal health services (MHS) keep a register of patients attending the MHS or STI clinic for diagnosis and treatment of STI or request for HIV-testing. Data are collected at a national level and are only registered for an actual STI or HIV consultation with confirmed diagnosis. Fourty-one health services and an STI clinics registered a total of 20,136 consultations with a confirmed diagnosis in 2001 (29% increase compared with 2000). The number of cases of diagnosed STI increased by 21% in 2001 (n= 5,576) compared with 2000; for men 24% and for women 18%. STI were actually diagnosed in 28% of the visitors who were tested for STI. Patients with a confirmed STI are more often non-Dutch and more often men having sex with men (MSM). Chlamydial infection was the most common STI for both men and women. The next most common STI for men were genital warts, gonorrhoea and non specific urethritis; for women bacterial vaginitis, candidiasis and genital warts. The number of chlamydial infections increased by 40%; 27% for men and 49% for women. The number of gonorrhoea cases increased by 32%; 25% for men and 60% for women. The number of syphilis cases increased by 22; 30 for men and 15% for women. In total 9,028 patients requested HIV-testing (increase of 30%) of which 0,7% were positive. MSM were more often represented among the HIV-positives.

Resterend

Grootte
1.25MB