Het ontwikkelen en toepassen van een beslisboom voor huisbezoeken Dit project is een vervolg op het project Huisbezoek door de GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke Gezondheidsdienst), inventarisatie van barrières en voorstel voor beleid, dat in 2011-2012 door GG&GD geneeskundige gezondheidsdienst (geneeskundige gezondheidsdienst) Utrecht samen met GGD Midden-Nederland werd uitgevoerd en gefinancierd vanuit het regionaal programmabudget (1). Toen uit dit project bleek dat er bij GGD’en behoefte is aan een beslisboom om een handvat te bieden bij beslissingen om wel of niet op huisbezoek te gaan, is besloten om deze in een vervolgproject te ontwikkelen. Het doel van dit project was om een instrument te ontwikkelen dat met onderbouwde argumenten een handvat biedt bij de beslissing om wel of niet op huisbezoek te gaan na een melding van een infectieziekte. Van februari 2013 tot juni 2015 heeft GGD regio Utrecht aan het project Huisbezoek II gewerkt.

ib januari 2016

Auteurs: R. Lindaart, W. Pronk, R. van Kessel, R. Eilers, O. Visser

Infectieziekten Bulletin, jaargang 27, nummer 11, januari 2016

Werkwijze

Met gebruik van de Delphimethode (2) werd door een panel van artsen en verpleegkundigen in een aantal rondes de mate en volgorde bepaald van het belang van de factoren die een rol spelen in de afweging om wel of niet op huis-bezoek te gaan. Hiervoor zijn de factoren gebruikt die in het eerste project werden geïdentificeerd.

Bij de start van het project bestond het panel uit 10 artsen en 10 verpleegkundigen van 20 verschillende GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke Gezondheidsdienst) ‘en. In de loop van het onderzoek vielen 2 panelleden af.

Tijdens de rondes van het onderzoek kreeg het panel telkens de vraag om de factoren te beoordelen op belangrijkheid. Na iedere ronde werden de antwoorden anoniem binnen het panel besproken. De panelleden kregen hierdoor de gelegenheid hun antwoord eventueel opnieuw te overwegen. Op deze wijze werd getracht consensus te bereiken waarvan sprake was als ten minste 70% van de panelleden dezelfde mening was toegedaan. In dit project werd na 4 rondes consensus bereikt.

Hierna werden op basis van de aldus gerangschikte factoren 2 beslisbomen ontwikkeld: een beslisboom voor individuele meldingen en een voor meldingen uit instellingen (figuur 1 en 2). Deze zijn zowel op papier als digitaal beschikbaar.



Figuur 1 Beslisboom voor individuele meldingen (klik op het plaatje voor een grote weergave)
 

De beslisbomen werden in 2 fasen van 3 maanden in de praktijk getest op inhoudelijke bruikbaarheid. Het testpanel bestond uit zowel artsen als verpleegkundigen Infectieziektebestrijding van 10 GGD ‘en.

In de eerste testfase werd de panelleden gevraagd om bij tenminste 15 willekeurige cases de beslisboom toe te passen en een evaluatieformulier in te vullen. Hierin werd gevraagd naar hun eigen mening over het wel of niet afleggen van een huisbezoek, de uitkomst van de beslisboom en naar het uiteindelijke handelen. Naar aanleiding hiervan werd binnen een focusgroep van vertegenwoordigers uit de 10 test-GGD’en, gediscussieerd over de bruikbaarheid en toepasbaarheid van de beslisbomen.

In de tweede testfase werd de panelleden gevraagd om de beslisboom alleen te gebruiken als er sprake was van twijfel over het al dan niet op huisbezoek gaan. Ook hier moest men een evaluatieformulier invullen.

Resultaten uit de verschillende evaluatiemomenten in de testperiode

In de eerste testfase werden 122 evaluatieformulieren teruggestuurd (respons 82%) waarvan 120 bruikbaar waren. Bij de cases waar de panelleden vooraf een mening hadden over wel of niet op huisbezoek te gaan, kwam bij 84% (90/107) deze mening overeen met de uitkomst van de beslisboom (figuur 3). In 85% (91/107) handelden de panelleden in overeenstemming met de uitkomst van de beslisboom. In 16% (17/107) van de gevallen kwam de uitkomst van de beslisboom niet overeen met het idee/mening vooraf. Deze resultaten laten zien dat de uitkomst van de beslisboom goed aansluit bij de mening en ervaring van de panelleden. De panelleden gingen vaker op huis-bezoek dan de uitkomst van de beslisboom aangaf (39 ten opzichte van 27). Vooral de professionals die van plan waren op huisbezoek te gaan, maar waarbij dit door de beslisboom werd afgeraden neigden ertoe om toch op huis-bezoek te gaan: 60% (9/15 personen). Men gaf aan dat dat voornamelijk was vanwege de gewoonte en het tevoren bestaande voornemen om bij die situaties op huisbezoek te gaan.

Uit de discussie in de focusgroep na de eerste testfase bleek dat de formulering van enkele factoren en de definitie van het begrip huisbezoek vragen opriep bij de deelnemers. Hierop is in overleg met de deelnemers de formulering aangepast. Men vond de beslisboom prettig in gebruik en was van mening dat het vooral voor onervaren professionals een handig instrument zou zijn.

In de tweede testfase, waar gevraagd was om alleen als er zich in de praktijk twijfelgevallen voordeden de beslisboom te gebruiken, werden slechts 17 ingevulde evaluatieformulieren teruggestuurd waarvan 15 bruikbaar waren. Figuur 4 geeft de resultaten weer van de twijfelgevallen uit zowel de eerste als de tweede testfase. Bij de analyse van alle twijfelgevallen uit zowel de eerste als de tweede fase was de uitkomst van de beslisboom vaker om niet op huis-bezoek te gaan (18/28) dan om wel op huisbezoek te gaan (10/28). De panelleden handelden in 64% (18/28) van de gevallen volgens de uitkomst van beslisboom. In het evaluatieformulier gaf men aan dat onder andere de werkdruk een rol kan spelen in de beslissing om niet op huisbezoek te gaan terwijl de beslisboom adviseerde dat wel te doen. De respons in de tweede testfase was klein. Uit interviews met enkele panelleden bleek dat er bij hen niet veel getwijfeld werd over het al dan niet afleggen van een huisbezoek.


Figuur 2 Beslisboom voor meldingen van instellingen (klik op het plaatje voor een grote weergave)


Vervolg

De beslisboom zal zowel in papieren als digitale versie naar alle GGD ‘en in Nederland gestuurd worden. Bij de redactieraad van de Verpleegkundige Stappenplannen Infectieziektebestrijding (VISI) zal de projectgroep de aanbeveling doen om het toepassen van de beslisboom als overweging op te nemen in de VSI Verpleegkundig Stappenplan Infectieziekten (Verpleegkundig Stappenplan Infectieziekten). Tenslotte zal de projectgroep het voorstel indienen om de beslisbomen als algemeen document te plaatsen op de website van de Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding (LCI Landelijke coördinatie infectieziektebestrijding (Landelijke coördinatie infectieziektebestrijding)) van het RIVM.


Figuur 3 Analyse testfase (professionals die vooraf al een mening hadden over huisbezoek, n=107) (klik op het plaatje voor een grote weergave)


Discussie

Uit de resultaten van de tweede testfase blijkt dat professionals niet vaak twijfelen over de beslissing om een huisbezoek af te leggen. Daarmee ontstaat de vraag hoe vaak de beslisbomen gebruikt zullen worden in de praktijk door ervaren medewerkers.Ook is in dit project niet onderzocht of het gebruik van de beslisboom de kwaliteit van de infectieziektebestrijding.kan verbeteren. Hiervoor is vervolgonderzoek wenselijk.
Tabel 1 Resultaten twijfelaars testfase I (n=13) en II(n=15)

Conclusie

In dit project zijn 2 beslisbomen ontwikkeld, die artsen en verpleegkundigen infectieziektebestrijding kunnen ondersteunen in hun beslissing om al dan niet op huisbezoek te gaan. Vervolgens zijn de beslisbomen getoetst in de praktijk:

  • In de eerste testfase komt naar voren dat de intentie vooraf in de meeste gevallen overeenkomt met de uitkomst van de beslisboom. Dit geeft aan dat de beslisboom een goede weergave is van de opvatting van professionals. Het lijkt dus een betrouwbaar instrument om te gebruiken bij twijfel over het afleggen van een huisbezoek.
  • Uit de focusgroep blijkt dat de beslisbomen een goed hulpmiddel zijn om weloverwogen en goed beargumenteerd een beslissing te kunnen nemen of een discussie te kunnen voeren binnen het team over het wel of niet afleggen van een huisbezoek.
  • Echter, externe factoren zoals werkdruk kan iemand doen besluiten om het advies van de beslisboom naast zich neer te leggen.
  • Daarnaast heerst de opvatting onder de professionals dat de beslisbomen vooral nuttig zijn voor nieuwe, onervaren medewerkers.

 

Leerpunten uit het project voor volgende regioprojecten

1. De tijdsplanning van het project en financiële begroting zijn flink onderschat. Werken met de Delphimethode betekent dat vooraf niet precies kan worden vastgesteld hoeveel onderzoekrondes nodig zijn. Daarnaast speelde de onervarenheid bij de GGD met deze methode een belangrijke rol.

2. Samenstelling van de projectgroep: vanuit het RIVM kregen wij een medewerker van de afdeling Epidemiologie en Surveillance tot onze beschikking. Haar kwalitatieve methodologische expertise heeft grote meerwaarde gehad voor dit project en in het bijzonder voor deze onderzoeksmethode.

 

Wij willen alle GGD ‘en die een bijdrage hebben geleverd aan de totstandkoming van de beslisbomen hartelijk danken voor deelname in de expertgroep, het testpanel en/of aan de focusgroep. Tevens danken wij Jessica Bouwman-Notenboom en Marlou Stolk voor hun bijdrage aan de analyse van de onderzoeksgegevens.

Auteurs

R. Lindaart1, W. Pronk1, R. van Kessel1, R. Eilers2,3, O. Visser1

1. GGD-regio Utrecht, Zeist
2. Centrum Infectieziektebestrijding, RIVM, Bilthoven
3. Groningen Universiteit, Universitair Medisch Centrum Groningen, afdeling Epidemiologie, Groningen

Correspondentie

rlindaart@ggdru.nl

Literatuur

  1. http://www.rivm.nl/Onderwerpen/R/Regionale Infectieziektebestrijding/Onderzoeksprojecten/Afgeronde onderzoeksprojecten/F t/m J/Huisbezoek
  2. Hasson F., Keeney S. & McKenna H., Journal of Advanced Nursing, 2000, 32(4), 1008-1015