Er leven ongeveer 1,9 miljoen honden in Nederland. De meesten worden uitgelaten in parken en op straat waardoor ze in contact komen met wandelaars, fietsers en joggers. Verder maken ze vaak deel uit van een gezin. Meestal zijn er geen problemen. Maar soms gaat het mis en wordt iemand gebeten door een hond. Jaarlijks overkomt dit naar schatting 150.000 Nederlanders. In een aantal gevallen is er sprake van onverwacht agressief gedrag van een (mogelijk) uit het buitenland geïmporteerde hond. Dergelijke situaties leiden regelmatig tot vragen aan de GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke Gezondheidsdienst) of er een mogelijk risico op rabiës bestaat voor het slachtoffer. Zo kreeg een GGD in 2015 van een medewerker van de afdeling spoedeisende hulp van een ziekenhuis in de regio de vraag of er sprake van rabiës kon zijn bij een pitbullterrier die geheel onverwachts zijn eigenaar en een aantal andere mensen ernstig had gebeten. De hond was 2 jaar oud, volgens de eigenaar in Nederland geboren en nooit in buitenland geweest. Het was onbekend of de hond gevaccineerd was tegen rabiës. De hond was in afwachting van het verdere beleid in observatie genomen. De GGD wendde zich tot de Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding (LCI Landelijke coördinatie infectieziektebestrijding (Landelijke coördinatie infectieziektebestrijding)) met de volgende vragen. Kan de hond rabiës hebben opgelopen door het vangen of opeten van een vleermuis? En kan de hond op rabiës onderzocht worden door het Centraal Veterinair Instituut (CVI Central Veterinary Institute (Central Veterinary Institute))?

feb 2016

Auteur: T. Oomen

Infectieziekten Bulletin, jaargang 27, nummer 2, februari 2016

Wat is rabiës?

Rabiës (hondsdolheid) is een infectieziekte waarbij de hersenen geïnfecteerd raken. De oorzaak van de ziekte is een virus dat geïnfecteerde zoogdieren in het speeksel uitscheiden. Het virus wordt overgedragen op mensen wanneer dit speeksel in een (bijt)wond of op slijmvliezen terechtkomt. Wanneer rabiës bij mensen niet wordt behandeld is het vrijwel altijd dodelijk. In Nederland komt rabiës zeer zelden voor, en alleen bij bepaalde soorten vleermuizen. De laatste in Nederland gemelde patiënten met rabiës hadden de ziekte in het buitenland opgelopen.

Wie doet wat bij de beoordeling van een agressieve hond?

Als honden in Nederland onverwacht agressief gedrag vertonen en mensen en andere dieren bijten is het advies om direct contact op te nemen met een dierenarts. De dierenarts kan de hond onderzoeken om te beoordelen wat de oorzaak van de gedragsverandering is en te bepalen of het gedrag kan passen bij rabiës. Hierbij is de voorgeschiedenis van de hond belangrijk. Is de hond geïmporteerd? Wat is de vaccinatiestatus van de hond? Was de hond recent nog in het buitenland? Als de dierenarts vindt dat het gedrag zou kunnen passen bij rabiës dan meldt hij dat terstond bij de NVWA Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit). Rabiës bij dieren valt onder de meldingsplicht in het kader van de Gezondheids- en Welzijnswet voor Dieren. De NVWA kan de hond vervolgens in quarantaine plaatsen of laten onderzoeken bij het CVI Central Veterinary Institute (Central Veterinary Institute). Eigenaren van dieren die mogelijk besmet zijn met rabiës kunnen ook zonder tussenkomst van de dierenarts hiervan melding doen bij de NVWA. Ook de GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke Gezondheidsdienst) kan direct overleggen met de NVWA over een rabiësverdenking bij een dier. Beoordeling door een dierenarts kan echter zinvol zijn om meer duidelijkheid te krijgen over herkomst en vaccinatiestatus van de hond en om het gedrag te verklaren.

Antwoorden

Theoretisch is het mogelijk dat een Nederlandse hond een besmette vleermuis zou kunnen vangen, op die manier besmet zou raken en de ziekte rabiës krijgt. Maar dat is tot nu toe nog nooit in vastgesteld in Europa, dus de kans hierop is erg klein. De dierenarts bepaalt in overleg met de NVWA of het zinvol is om honden op rabiës te laten onderzoeken door het CVI. Omdat dit onderzoek kan alleen worden uitgevoerd op de hersenen van dieren, zullen zij moeten worden geëuthanaseerd.

Afloop

De hond uit deze casus was na het incident door de politie in beslag genomen en door de dierenambulance afgevoerd naar een asiel. Omdat vanaf dat moment de hond volgens de wet onder toezicht stond van de Officier van Justitie, verliep het contact over het onderzoek naar rabiës via politie en justitie. De hond werd vanuit het asiel overgebracht naar een speciale overheidsopvang en, met tussenkomst van de NVWA, beoordeeld door een dierenarts. Die constateerde geen klinische aanwijzingen voor rabiës. Omdat de hond behoorde tot een foklijn die als zeer agressief bekend staat was de conclusie van de dierenarts dat een ernstig gedragsprobleem de oorzaak van de agressiviteit was. Dit kan ook een reden zijn om honden te euthanaseren. Er was dus uiteindelijke geen sprake van verdenking op rabiës en de verwonde personen hoefden niet behandeld te worden met postexpositieprofylaxe.

Auteur

T. Oomen, Centrum Infectieziektebestrijding, RIVM, Bilthoven

Correspondentie

Ton.Oomen@rivm.nl

Bronnen: