Het RIVM en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit)) raden consumenten die kruidenpreparaten in combinatie met geneesmiddelen gebruiken aan om vóór het gebruik advies in te winnen bij hun arts of apotheker. Uit onderzoek blijkt namelijk dat bepaalde combinaties van kruidenpreparaten en geneesmiddelen gezondheidsrisico’s kunnen veroorzaken.

Sommige kruidenpreparaten en geneesmiddelen werken elkaar tegen, waardoor de middelen minder effectief zijn. Zo kunnen preparaten met sint-janskruid de werking van middelen die gebruikt worden bij chemotherapie remmen. Ook komt het voor dat kruidenpreparaten en geneesmiddelen elkaar juist versterken, waardoor de kans op bijwerkingen groter wordt.

Onderzoek

Het RIVM heeft in opdracht van de NVWA Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit) voor een tiental kruidenpreparaten op basis van klinische onderzoeken bekeken hoe groot de gezondheidsrisico’s zijn. Het gaat om kruidenpreparaten met Amerikaanse ginseng, danshen (rode salie), geelwortel, ginkgo, groene thee, knoflook, mariadistel, sint-janskruid, valeriaan en (rode) zonnehoed. Bijvoorbeeld voor sint-janskruid zijn ernstige interacties beschreven.

Daarnaast zijn mogelijke effecten op de bloedstolling gevonden voor kruidenpreparaten met Amerikaanse ginseng, danshen, ginkgo, geelwortel en knoflook. Voorzichtigheid is daarom geboden bij het gebruik van deze kruidenpreparaten. Meer informatie over de interacties tussen de tien kruidenpreparaten en geneesmiddelen zijn weergegeven in het dossier Voedingssupplementen en kruidenpreparaten op de website van de NVWA.