Jaarlijkse rapportage aan de Europese Commissie over de landbouwpraktijk en de waterkwaliteit op graslandbedrijven die derogatie mogen toepassen.

Aan de Europese Commissie is de jaarlijkse rapportage aangeboden over de landbouwpraktijk en de waterkwaliteit op graslandbedrijven die derogatie mogen toepassen. Derogatie betekent dat een bedrijf meer dierlijke mest op zijn percelen mag opbrengen dan volgens de normale regels in de EU Europese Unie (Europese Unie) is toegestaan. Nederland heeft toestemming gevraagd (derogatie) om een uitzondering te mogen maken voor graslandbedrijven die 250 kg kilogram (kilogram) stikstof per hectare willen opbrengen in de vorm van graasdiermest. Normaal gesproken is maximaal 170 kg stikstof per hectare toegestaan. Als tegenprestatie moet Nederland wel aantonen dat de extra toegevoegde stikstof niet zorgt voor hogere nitraatconcentraties in het grondwater. Hiervoor is in 2006 door het RIVM en het LEI Landbouw Economisch Instituut (Landbouw Economisch Instituut) een monitoringsnetwerk ingericht, waarover jaarlijks wordt gerapporteerd, zie rechts onder ‘Zie ook’.

Uit de resultaten van het rapport over meetjaar 2010 blijkt dat gemiddeld op de derogatiebedrijven de nitraatconcentratie in het uitspoelingswater onder de Europese norm van 50 mg/l ligt. De laagste concentraties worden gevonden in de Veenregio en de hoogste in de Zand- en Lössregio. Wel is de totaal stikstofconcentratie in de Veenregio hoger dan in de Kleiregio. Tussen 2007 en 2011 fluctueren de nitraatconcentraties in het uitspoelingswater. In de Zand- en Lössregio nemen de concentraties significant af. Ook het stikstofoverschot op de bedrijfsbalans fluctueert in die periode, maar vertoont geen significante daling. De hoogste stikstofoverschotten worden gevonden in de Veenregio en de laagste in de Zand- en Lössregio.

Het fosfaatoverschot daalt significant over de jaren. De overschotten verschillen weinig tussen de regio’s. De fosforconcentratie in het water dat uitspoelt uit de wortelzone fluctueert over de jaren, maar heeft geen significante dalingen of stijgingen. De concentratie is het hoogst in de Veenregio en het laagst in de Zand- en Lössregio.

In het slootwater wordt in 2010 in alle regio’s de MTR maximaal toelaatbaar risico (maximaal toelaatbaar risico)-waarde voor totaal stikstof van 2,2 mg N/l overschreden. De MTR-waarde voor totaal fosfor van 0,15 mg P/l wordt alleen in de Kleiregio overschreden. Voor zowel stikstof als fosfor is er geen significante daling tussen 2007 en 2011.