Overdracht van dioxines en dioxine-achtige PCB’s van gras en bodem naar vlees van wilde runderen die grazen in de uiterwaarden in Nederland

Overdracht van dioxines en dioxine-achtige PCB’s van gras en bodem naar vlees van wilde runderen die grazen in de uiterwaarden in Nederland

Go to abstract

Samenvatting

Wilde runderen grazen in enkele gebieden tussen de rivier en dijk (uiterwaarden) als een vorm van natuurbeheer. Sommige dieren worden geslacht om de grootte en samenstelling van de kuddes goed te houden. Het vlees wordt verkocht als 'wildernisvlees'. In 2020 zijn in het vlees van enkele wilde runderen te hoge hoeveelheden dioxinen gemeten. Dit komt door de dioxinen en dioxine-achtige PCB polychlorobiphenyls (polychlorobiphenyls)’s in het gras en in de grond in uiterwaarden.

Het RIVM en Wageningen Food Safety Research hebben daarom modellen ontwikkeld om te berekenen hoeveel van deze stoffen via gras en grond in het vlees van deze runderen terechtkomen. Hiermee is ook geschat hoe lang het duurt voordat de hoeveelheden op het toegestane niveau komen als de runderen naar een gebied buiten de uiterwaarden worden verplaatst. Daar zijn de concentraties lager.

De modellen zijn ontwikkeld voor drie typen wilde runderen in een kudde: runderen die geen melk geven, runderen die melk geven, en kalveren. Voor de berekeningen zijn metingen in gras en bodem in de uiterwaarden in de buurt van Beuningen gebruikt. Er is gerekend met hoge concentraties in gras die vlak na een overstroming zijn gemeten. Daarnaast is met lagere concentraties gerekend, die vaker voorkomen. De concentraties in gras zijn na een overstroming vaak hoger doordat slib dat achterblijft op het gras, dioxinen en dioxine-achtige PCB’s bevat. De gemeten concentraties in de bodem waren in beide situaties ongeveer hetzelfde.

Zowel bij de hogere als de lagere concentraties kwamen de berekende hoeveelheden in het vlees van alle drie typen wilde runderen boven de hoeveelheid uit die wettelijk is toegestaan. Wanneer koeien hun kalveren melk gaven, zaten de hoeveelheden in het vlees van deze koeien onder de wettelijke grens. Dat komt omdat dioxinen en dioxine-achtige PCB’s via de melk worden uitgescheiden. Na de verplaatsing naar een schoner gebied daalden de berekende hoeveelheden. Bij volwassen runderen kwamen ze binnen anderhalve tot vier maanden tot onder de toegestane hoeveelheid. Bij kalveren duurde het langer dan zes maanden.

Dioxinen en dioxine-achtige PCB’s zijn chemische stoffen die bij (vuil)verbranding zijn ontstaan. Ondanks de sterk gedaalde uitstoot in de laatste 25 jaar, komen ze nog steeds voor in Nederland. Bijvoorbeeld in gras, de bodem en rivierslib. Dioxinen kunnen schadelijk zijn voor het immuunsysteem, de ontwikkeling van de hersenen, en de voortplanting.

Abstract

In a number of areas between rivers and dykes (floodplains), grazing by wild cattle is used as a form of nature management. Some of these animals are slaughtered to manage the size and composition of the herds. Their meat is then sold as 'wilderness meat'. In 2020, excessive dioxin levels were discovered in the meat of some of the wild cattle as a result of dioxins and dioxin-like PCBs in the grass and soil of floodplains.

In response to this situation, the Dutch National Institute for Public Health and the Environment (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM)) and Wageningen Food Safety Research developed models to calculate the extent to which these substances end up in the meat of these cattle via grass and soil. These models were also used to estimate how long it takes for levels to fall to the permitted level when the cattle are moved to an area outside the floodplains. The concentrations are lower there.

The models were developed for three types of wild cattle in herds: cattle that do not give milk, cattle that give milk and calves, and calculations were based on measurements on grass and soil in the floodplains in the Beuningen area. Some concentrations in grass were high due to recent flooding in the area; others were lower, which is more common. The concentrations present in grass after flooding are often higher because the sediment left behind in the grass contains dioxins and dioxin-like PCBs. The concentrations measured in the soil were approximately the same in both situations.

Regardless of whether the samples contained higher or lower concentrations, the levels measured in meat of all three types of cattle were higher than those permitted by law. If cattle were feeding calves, the levels fell below those permitted by law, because dioxins and dioxin-like substances are excreted via the milk. After cattle had been moved to a cleaner area, the levels calculated fell too. Levels in adult cattle then fell to below the level permitted within one-and-a-half to four months. This fall in levels took more than six months to achieve among calves.

Dioxins and dioxin-like PCBs are chemical substances that are created during the incineration of waste and other substances. Despite the strong decrease in emissions in the last 25 years, dioxins and dioxin-like PCBs are still present in the Netherlands (in grass, the soil and river sediment, for example). Dioxins can be harmful to the immune system, brain development and reproduction.

Another RIVM and WFSR report describes how the models were made.

Uitgever

Instituut
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu

Resterend

Grootte
1753 kb