Seksueel overdraagbare aandoeningen in Nederland in 2020

Seksueel overdraagbare aandoeningen in Nederland in 2020

Go to abstract

Samenvatting

In 2020 hebben minder mensen zich bij een Centrum voor Seksuele Gezondheid (CSG) laten testen op seksueel overdraagbare aandoeningen (soa) dan in 2019, door de uitbraak van het coronavirus. Het percentage dat ook echt een soa had (21 procent), is gestegen. Chlamydia bleef de meest voorkomende soa onder heteroseksuelen. Bij mannen die seks hebben met mannen (MSM) kwam gonorroe het meest voor.

Bij CSG’s kunnen mensen die een grotere kans hebben op een soa, bijvoorbeeld jongeren onder de 25, zich gratis laten testen. In 2020 zijn er in totaal 105.936 consulten geregistreerd bij de CSG’s. Het aantal consulten nam af onder zowel vrouwen, heteroseksuele mannen en MSM. Infecties zijn relatief het vaakst gevonden bij mensen die een melding hadden ontvangen dat ze een risico op een soa lopen. Naast de CSG-cijfers worden schattingen gemaakt van het aantal soa-consulten en -diagnoses bij huisartspraktijken. Zij voeren de meeste soa-consulten uit. Hun gegevens gaan over het voorgaande jaar omdat de 2020 data pas later beschikbaar zijn.

Chlamydia

In 2020 waren er 15.979 chlamydia-diagnoses bij cliënten van de CSG’s, 24 procent minder dan in 2019 (21.134). Het percentage vrouwen en heteroseksuele mannen met chlamydia was stabiel tussen 2016 en 2019 (respectievelijk 15 en 18 procent). In 2020 is het percentage onder vrouwen toegenomen naar 17 procent en naar 22 procent onder heteroseksuele mannen. Voor MSM ligt dit percentage al jaren rond de 10 procent; in 2020 steeg het licht naar 11,2 procent.

Gonorroe

Het aantal gonorroe-diagnoses bij cliënten van de CSG’s is het afgelopen jaar met 18 procent afgenomen tot 6.722 infecties. Het percentage consulten waarbij gonorroe is gevonden steeg tussen 2016 en 2020: onder heteroseksuele mannen van 1,9 naar 2,5 procent en onder vrouwen van 1,4 naar 2,1 procent. Het percentage onder MSM was tussen 2015 en 2019 stabiel rond de 11 procent maar nam toe tot 12 procent in 2020. Bij de CSG’s is geen antibioticaresistentie tegen het huidige ‘eerste keus’ antibioticum voor gonorroe (ceftriaxon) gemeld. Wel is er resistentie tegen andere antibiotica. De resistentie tegen ciprofloxacine bleef hoog in 2020 met 57 procent.

Syfilis

In 2020 had 7,4 procent minder cliënten van de CSG’s een syfilis-diagnose dan in 2019 (1.324 versus 1.430). Daarvan is 96 procent bij MSM gevonden. Het percentage met syfilis onder MSM daalde van 2,9 procent in 2016 naar 2,4 procent in 2018 en steeg weer naar 2,9 procent in 2020. Het percentage was voornamelijk hoger onder MSM die een melding hadden ontvangen voor syfilis (13 procent). Het aantal diagnoses onder vrouwen en heteroseksuele mannen bleef in 2020 laag, respectievelijk 17 en 35.

Hiv

In 2020 kregen 122 mensen via de CSG’s te horen dat ze hiv hadden, 26 procent minder dan in 2019. Hiervan waren 107 diagnoses bij MSM. Het aantal diagnoses onder vrouwen en heteroseksuele mannen bleef laag, respectievelijk 5 en 10. Het aantal mensen met hiv dat in 2020 voor het eerst voor behandeling bij een van de Nederlandse hiv-behandelcentra kwam (‘in zorg’) was 755. Dat was minder dan in 2019 (972). In totaal zijn in 2020 21.186 mensen met hiv geregistreerd als in zorg.

Abstract

In 2020, the number of people tested at a Sexual Health Centre (SHC) for a sexually transmitted infection (STI) was lower compared with 2019 as a consequence of the COVID-19 pandemic. The percentage with an STI increased (21 percent). Chlamydia remained the most common STI among heterosexuals. Gonorrhoea was the most common infection among men who have sex with men (MSM).

The SHCs offer complimentary STI testing to people with a high risk of an STI, for example those aged under 25. In 2020 a total of 105,936 consultations were recorded at the SHCs. The number of consultations declined among women, heterosexual men, and MSM. Relatively, infections were found most frequently in people who had been notified as being at risk for an STI. In addition to the SHC figures, estimates of the number of STI consultations and diagnoses performed by general practitioners (GPs) have been made. The majority of STI consultations are performed by GPs. The data of GPs from the previous year are shown because the 2020 data are not yet available.

Chlamydia
In 2020 the SHCs made 15,979 chlamydia diagnoses, 24 percent less compared with 2019 (21,134). The percentage of women and heterosexual men with chlamydia remained stable between 2016 and 2019 (at 15 and 18 percent respectively). This increased to 17 percent among women and 22 percent among heterosexual men in 2020. For MSM, the percentage has remained stable at 10 percent for many years and increased slightly to 11.2 percent in 2020.

Gonorrhoea
The number of diagnoses of gonorrhoea made at SHCs declined by 18 percent in 2020 to 6,722 infections. The percentage of consultations with gonorrhoea diagnoses increased between 2016 and 2020 to 2.5 percent among heterosexual men (1.9 in 2016) and 2.1 percent among women (1.4 in 2016). The percentage of infections among MSM has remained stable between 2015 and 2019 at around 11 percent but increased to 12 percent in 2020. At SHCs, none of those infected showed resistance to the current ‘first choice’ antibiotic for gonorrhoea (ceftriaxone). However, there was resistance to other antibiotics. Resistance to ciprofloxacin remained high with 57 percent in 2020.

Syphilis
In 2020 the number of syphilis diagnoses among clients at SHCs declined by 7.4 percent compared to 2019 (1,324 versus 1,430), with 96 percent of these infections being diagnosed in MSM. The percentage of MSM with syphilis decreased from 2.9 percent in 2016 to 2.4 percent in 2018 and increased to 2.9 percent in 2020. The percentage was higher primarily among MSM who had been notified for syphilis (13 percent). The number of diagnoses among women and heterosexual men remained low in 2020, 17 and 35 respectively.

HIV
The number of new HIV diagnoses made by the SHCs declined by 26 percent (122) in 2020. Of these, 107 diagnoses were among MSM. The number of diagnoses among women and heterosexual men remained low, 5 and 10 respectively. The number of people with HIV who came for treatment at one of the Dutch HIV treatment centres (‘in care’) for the first time in 2020 was 755. This was less than in 2019 (972). In total, 21,186 people with HIV were registered in care in 2020.

Uitgever

Instituut
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu

Resterend

Grootte
6021 kb