Samenvatting

De vraag naar wijkverpleging groeit en zal dat blijven doen. Niet alleen door de vergrijzing, maar ook omdat ouderen worden gestimuleerd om zo lang mogelijk thuis te blijven wonen. Door de marktwerking in de zorg is de wijkverpleging sterk versnipperd geraakt en zijn er in een regio vaak veel aanbieders. Van hen is niet altijd duidelijk welke zorg ze leveren en of ze plek hebben voor een nieuwe patiënt. Hierdoor kost het huisartsen, ziekenhuizen, toekomstige patiënten en naasten veel tijd om de juiste zorg te vinden.

Zeven landelijke partijen hebben daarom afgesproken om de organisaties die wijkverpleging aanbieden, meer te laten samenwerken. Dan is de wijkverpleging efficiënter te organiseren. Door samen te werken wordt in een wijk duidelijker bij welke organisaties wijkverpleging te vinden is en welke zorg ze leveren (herkenbaarheid). Ook nemen aanbieders van wijkverpleging de verantwoordelijkheid om de juiste zorg te organiseren. Zij delen die verantwoordelijkheid met de huisarts, het ziekenhuis en het sociale domein bij gemeenten (aanspreekbaarheid).

Uit onderzoek van het RIVM blijkt dat wijkverpleegkundigen het plan om meer samen te werken steunen. Zij zeggen dat meer dan de helft van de aanbieders van wijkverpleging al samen werkt, bijvoorbeeld bij de onplanbare nachtzorg en de zorg voor coronapatiënten. Aanbieders van wijkverpleging hebben ook al initiatieven genomen om de wijkverpleging herkenbaarder en aanspreekbaarder te maken. Bijvoorbeeld door één contactpunt te organiseren voor nieuwe aanvragen voor wijkverpleging.

Betrokkenen bij samenwerkingsverbanden merken dat samenwerken makkelijker is als zorgprofessionals elkaar kennen. Het helpt ook als wijkverpleegkundigen zelf over initiatieven kunnen meedenken. Ook is het belangrijk dat aanbieders op bestuurlijk niveau samenwerking mogelijk maken. Bijvoorbeeld door te zorgen dat wijkverpleegkundigen genoeg tijd hebben om met andere professionals samen te werken. Verder helpt het als de betrokken zorgverzekeraar samenwerking ondersteunt.

Wel is er verbetering nodig. Zo moeten gegevens over de patiënt beter kunnen worden uitgewisseld. Bijvoorbeeld als verschillende zorgorganisaties tegelijk voor een patiënt werken. Organisaties werken nu vaak met eigen systemen die niet op elkaar aansluiten. Verder vinden wijkverpleegkundigen het belangrijk dat de manier van werken van organisaties op elkaar aansluit en past bij de wensen van de patiënt.

Uitgever

Instituut
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu