Alternatieven voor dierproeven is een belangrijk thema voor de Nederlandse overheid. De Rijksoverheid streeft ernaar het gebruik van dierproeven te verminderen en richt zich hierbij op de 3V’s: verminderen, vervangen en/of verfijnen. Uitgangspunt is dat een dierproef alleen toegestaan is als er echt geen alternatief is.

Onderzoek in proefdieren is aan voorschriften gebonden. Het dient te worden uitgevoerd volgens de wettelijke kaders van de Europese richtlijn voor de bescherming van dieren die voor wetenschappelijke doeleinden worden gebruikt (2010/63/EU Europese Unie (Europese Unie)). Op 18 december 2014 is deze Europese richtlijn ingevoerd in de nationale wetgeving. Door de invoering van de nieuwe Europese richtlijn in de nationale wetgeving zijn nieuwe taken en bevoegdheden benoemd en belegd, met twee nieuwe organisaties in de hoofdrol: de Centrale Commissie Dierproeven (CCD Centrale Commissie Dierproeven (Centrale Commissie Dierproeven)) en het Nationaal Comité advies dierproevenbeleid (NCad Nationaal Comité advies dierproevenbeleid (Nationaal Comité advies dierproevenbeleid)). De CCD is het centrale orgaan dat in Nederland als enige bevoegd is om vergunningen voor dierproeven te verlenen. Het NCad is ingesteld voor de bescherming van dieren die worden gebruikt voor wetenschappelijke doeleinden en voor onderwijs.

Het beleid van de overheid met betrekking tot alternatieven voor dierproeven is te lezen in het Plan van aanpak dierproeven en alternatieven uit 2014 en de bijbehorende voortgangsrapportages uit 2014 en 2015In 2016 is het NCad advies “Transitie naar proefdiervrij onderzoek” aangeboden aan staatssecretaris van Dam van het ministerie van EZ Economische Zaken (Economische Zaken). Eén van de doelstellingen is om dierproeven voor veiligheidsonderzoek van chemische stoffen en geneesmiddelen vóór 2025 geheel uit te faseren. In de voortgangsrapportage van 2016 gaat de staatssecretaris in op het NCad advies en verzoekt het RIVM om een Agenda Proefdiervrije Innovatie op te stellen voor de wettelijk verplichte veiligheidstesten.