Go to abstract

Samenvatting

Het ministerie van Infrastructuur en Milieu wil duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen stimuleren, evenals het hergebruik ervan. Grondstoffen terugwinnen uit bijvoorbeeld afvalstromen moet voorkomen dat bronnen uitputten. Daarnaast kan er energie en geld mee worden bespaard. Het RIVM onderzoekt hoe de overheid juridische belemmeringen kan wegnemen en hergebruik van grondstoffen uit huishoudelijk afvalwater kan stimuleren. In onderliggend rapport zijn hiervoor twee casussen uitgewerkt: het hergebruik van fosfaat (uit ontlasting en urine) en cellulose (uit toiletpapier). Een belemmering is dat het etiket 'afval' van het materiaal moet worden afgehaald om er voor de wet een product van te kunnen maken. Hiervoor moet het beoogde product eerst aan veiligheids- en technische eisen voldoen die garanderen dat het hergebruik geen onacceptabele risico's veroorzaakt voor mens en milieu. Voor fosfaat is dat in gang gezet, namelijk voor het product kunstmest. Voor cellulose nog niet omdat er nog geen concrete producten zijn ontwikkeld. Momenteel worden hiervoor meerdere opties verkend. Wat de veiligheidseisen betreft zijn zowel bij fosfaat als cellulose de hygiƫnische eisen een belemmering. Het is namelijk lastig om huishoudelijk afvalwater zodanig schoon te krijgen dat er na de zuivering een 'aanvaardbaar niveau' ziekteverwekkers in zit. Voor kunstmest (uit herwonnen fosfaat) worden hiervoor al criteria ontwikkeld, die wettelijk moeten worden vastgelegd. Daarnaast is het van belang om bij de ontwikkeling van producten, naast economische, naar duurzame voordelen te kijken, zoals een lagere CO2-uitstoot. Ook kan het gebruik van fosfaat uit afvalwater in kunstmest een alternatief zijn voor de winning van fosfaat uit mijnen en zo voorkomen dat deze uitgeput raken. De overheid kan een belangrijke stimulerende en richtinggevende rol innemen bij dit soort bredere afwegingen. De belemmeringen en mogelijkheden zijn in kaart gebracht met behulp van een methodische aanpak die het RIVM heeft ontwikkeld.

Abstract

The Dutch Ministry of Infrastructure and Environment aims to stimulate sustainable use of natural resources, as well as its reuse. Resource recovery from waste streams avoids depletion of resources and saves money and energy. The RIVM investigates how the government can remove legal barriers and encourage recycling of resources from domestic wastewater. The present study elaborates on two cases: the reuse of phosphate (from feces and urine) and cellulose (from toilet paper).

One barrier is that the 'waste' label must be removed from the material before it can be put on the market as a product. To achieve this 'end of waste' status, the intended product must meet safety and technical requirements to ensure that reuse does not impose any unacceptable risks to humans and the environment. For phosphate to be used as fertilizer, this procedure has already started. However, for cellulose, there are no concrete products available and therefore the procedure has not started yet. Currently, several options for applications of reused cellulose are being explored.

Regarding safety, both in the phosphate as well as in the cellulose case, hygiene requirements are a barrier. Indeed, it is difficult to purify the domestic wastewater to such an extent, that an 'acceptable level' of pathogens is present. For fertilizer (from reclaimed phosphate) criteria are developed. These criteria need to be established.

When developing new products, it is important to also consider sustainable benefits such as lower CO2 emissions, besides economic benefits. In our case, the use of fertilizer containing phosphate from wastewater could be an alternative to the mining of phosphate. This prevents exhaustion of non-renewable resources. The government can play an important stimulating and guiding role in this kind of broader considerations.

The barriers and opportunities have been mapped using a methodical approach developed by the RIVM.

Resterend

Grootte
888KB