Go to abstract

Samenvatting

Na een melding van een derde partij over mogelijke ongecontroleerde lozingen op de Onderzoeks Locatie Petten (OLP) heeft de VROM-Inspectie Kernfysische Dienst aan het RIVM gevraagd om gegevens van het Nationaal Meetnet Radioactiviteit (NMR) op specifieke data en tijdstippen in september 2001 nader te analyseren. Het RIVM heeft twee compensatiemethodes toegepast om de variatie in de achtergrondstraling te analyseren op ongewone bijdragen. Uit die analyses worden onder meer de volgende conclusies getrokken: * Op de specifiek genoemde tijdstippen zijn in de NMR-gegevens geen bijzonderheden zichtbaar; * Uit de vergelijking van gemeten en berekende data blijkt dat het zeer aannemelijk is dat het grootste deel van de variatie in de data van Petten verklaard wordt door normale variaties in de natuurlijke achtergrond, onder andere veroorzaakt door het uitregenen van radondochters. Deze bewering kan echter niet onomstotelijk aangetoond worden, omdat de voor de berekening noodzakelijke invoerparameters voor de locatie Petten niet beschikbaar zijn; * Spikes in de data van Petten (1006), zoals onder meer waargenomen op 3, 7, 13, 17, 18, 26 en 28 september, worden niet verklaard door variaties in de natuurlijke achtergrond. Deze kortstondige verhogingen, die op geregelde tijden plaats lijken te vinden, zijn zeer waarschijnlijk het gevolg van transport van radiopharmaca op het terrein van de Onderzoeks Locatie Petten; * Met de MONET compensatiemethode zijn de daggemiddelde data van de NMR meetposten Petten (1006) en Julianadorp (1004) geanalyseerd op mogelijk toegevoegd dosistempo. Op alle dagen blijft het verschil onder de aantoonbaarheidsgrens voor significante afwijkingen; * Het is zeer onaannemelijk dat lichte verhogingen in het dosistempo het gevolg zijn van een lozing, omdat vergelijkbare structuren te zien zijn op andere NMR meetposten in alle windrichtingen t.o.v. de Onderzoeks Locatie Petten.

Abstract

Abstract not available

Resterend

Grootte
1.09MB