Overzicht van bijzondere meldingen, clusters en epidemieën van infectieziekten in binnen- en buitenland tot en met 14 juni 2012

content

Auteur(s): E. Fanoy

Infectieziekten Bulletin, jaargang 23, nummer 6, juli 2012

Binnenlandse signalen

Chlamydia abortus-pneumonie

Een 63-jarige vrouw ontwikkelde een pneumonie ten gevolge van C. abortus chlamydia-abortus (chlamydia-abortus) . De patiënte werd op de afdeling intensive care van het ziekenhuis opgenomen vanwege respiratoire insufficiëntie. Een PCR polymerase chain reaction (polymerase chain reaction) voor C. psittaci chlamydia psittaci (chlamydia psittaci) op een bronchoalveolair lavaat was positief. Nadere typering toonde aan dat het geen C. psittaci , maar C. abortus was. C. abortus is nauw verwant aan C. psittaci. C. abortus is een van de belangrijkste abortusverwekkers onder kleine herkauwers. C. abortus kan van schapen en geiten naar de mens worden overgebracht, maar de incidentie is niet bekend en hoogstwaarschijnlijk laag. Zwangere vrouwen die direct of indirect contact hebben met geïnfecteerde dieren in de aflammerperiode zijn de belangrijkste risicogroep. Bij een ernstig verloop kunnen onder andere sepsis en/of vroeggeboorte of abortus optreden. In het verleden zijn sporadisch ook luchtweginfecties beschreven. De patiënte woont en werkt op een schapenhouderij en komt bij het lammeren uitgebreid met geboorteweefsel in aanraking. Op het bedrijf waren recentelijk veel geboorteproblemen bij schapen. De Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit)) heeft de schapenhouderij bezocht en monsters afgenomen. Deze worden momenteel onderzocht op een aantal abortusverwekkers waaronder C. abortus . De patiënte is goed opgeknapt en is weer thuis.
(Bron: GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke Gezondheidsdienst))

Buitenlandse signalen

Legionellose-uitbraak in Schotland

In Edinburgh, Schotland, is een uitbraak gemeld van legionellose. Op 14 juni waren er 88 gevallen (39 bevestigde en 49 verdachte gevallen). De eerste patiënt werd ziek op 28 mei 2012. Na een snelle stijging van het aantal patiënten in de eerste paar dagen nadat de uitbraak bekend werd, leek het aantal vanaf half juni niet veel meer toe te nemen. Eén van de patiënten met bevestigde legionellose is overleden. Alle patiënten zijn geografisch geassocieerd met de wijken Dalry, Gorgie en Saughton in Edinburgh. Brononderzoek wijst 16 industriële koeltorens als mogelijke oorzaak van de uitbraak. Er zijn monsters afgenomen uit deze koeltorens in het zuidwesten van de stad en ze zijn ook chemisch gereinigd. Edinburgh is een drukbezochte toeristenplaats. Er zijn tot nu toe geen gerelateerde Nederlandse patiënten.
(Bron: NHS neonatale hielprikscreening (neonatale hielprikscreening) Lothian)

West-Nijlvirus lijkt endemisch in delen van Turkije

West-Nijlvirus (WNV West Nile virus (West Nile virus)) lijkt endemisch in het westen van Turkije. In 2010 zijn er 12 bevestigde en 35 waarschijnlijke patiënten gemeld, afkomstig uit 15 provincies in het westen van het land (zie kaart). Van deze 47 patiënten ontwikkelden er 40 neuro-invasieve klachten en 10 zijn overleden. In 2011 zijn er 2 bevestigde en 3 waarschijnlijke gevallen gemeld. De besmettingen deden zich voor gedurende de zomer en herfst. Er is gestart met muggenbestrijding, veld- en seroprevalentiestudies en de surveillance is geïntensiveerd. In de afgelopen jaren zijn er WNV-uitbraken gemeld in verschillende delen van het mediterrane gebied en Zuidoost-Europa.
(Bron: Eurosurveillance)

 

Figuur 1

 

Figuur 1 West-Nijlvirus in West-Turkije

 

Verheffing van het aantal patiënten met Cryptosporidium in Groot-Brittanië

In Groot-Brittanië is een toename van het aantal besmettingen met Cryptosporidium parvum. Sinds 11 mei is er sprake van een toename in een aantal regio’s van Groot-Brittannië. Een groot percentage van patiënten is ouder dan wat normaal wordt gezien bij Cryptosporidium-infecties. In enkele regio’s zijn er meer vrouwelijke patiënten dan normaal wordt gezien. De oorzaak van de infectie is niet duidelijk. Gezien de verspreiding wordt gedacht aan een voedselproduct dat wijd gedistribueerd wordt. In andere landen in Europa (EU Europese Unie (Europese Unie)) is er geen sprake van een verheffing. In Nederland wordt geen surveillance verricht naar Cryptosporidium.
(Bron: HPA Health Protection Agency (Health Protection Agency))

Twee reisgerelateerde gevallen van difterie in Zweden

In Zweden zijn 2 patiënten met difterie gediagnosticeerd. In maart 2012 werd bij een patiënte van 68-jarige leeftijd difterie aangetoond (zie ook de afbeelding). Zes dagen voor begin van de  klachten was zij teruggekomen van een rondreis door het westelijk deel van Afrika. Bij haar 76-jarige man werd huiddifterie vastgesteld. Beiden waren onvolledig gevaccineerd tegen difterie. De vrouw was, zover was na te gaan, 1 maal gevaccineerd. Haar man had een vaccinatie ontvangen in de jaren 50 en een boostervaccinatie in de jaren 90 na een val (tetanus-difterievaccinatie). Volgens cijfers van het European Centre of Disease Control and Prevention (ECDC European Centre for Disease Prevention and Control (European Centre for Disease Prevention and Control)) komt in Europa difterie niet vaak meer voor. In 2009 werden 15 bevestigde gevallen gemeld in 5 Europese landen. In Nederland werd in 2011 een geval van cutane difterie gemeld.
(Bron: Eurosurveillance)

 

Foto 2 Laryngoscopie van indexpatiënte, 4 dagen na antibioticumbehandeling, Zweden, maart 2012

Antrax bij Duitse drugsgebruikers

Het Robert Koch Instituut (RKI Robert Koch Instituut (Robert Koch Instituut)) in Duitsland meldde 2 laboratoriumbevestigde antraxpatiënten in Regensburg, die 2 weken na elkaar ziek zijn geworden. De eerste patiënt is overleden. De patiënt was een injecterende drugsgebruiker met een ernstige huidinfectie rond de plaats van injecteren. De tweede patiënt had koorts en eveneens een zwelling op de plek waar de heroïne 3 dagen voor de ziekenhuisopname geïnjecteerd was. Momenteel is de conditie van deze patiënt stabiel. Bij beide Duitse patiënten werd dezelfde Bacillus anthracisstam gevonden als die van de uitbraak onder heroïnegebruikers in 2009/2010 in Schotland. Omdat (nog) onbekend is hoe en op welke schaal deze drugs zijn gedistribueerd, is er besmettingsgevaar voor heroïnegebruikers in Duitsland en andere EU-landen.
(Bronnen: ECDC, RKI)

Auteur

E. Fanoy, Centrum Infectieziektebestrijding, RIVM, Bilthoven

Correspondentie

E. Fanoy | ewout.fanoy@rivm.nl