F.M. Schets, A.M. de Roda Husman

Het jaarlijks onderzoek naar gezondheidsklachten na recreatie in oppervlaktewater laat een consistent beeld zien. In 2009 waren er 77 meldingen van vooral huidklachten. Naast verontreiniging van het water blijken weersomstandigheden al jarenlang een relatie te vertonen met het aantal gemelde klachten. Klimaatverandering onderstreept het belang van het blijven volgen van trends in recreatiewater gerelateerde gezondheidsklachten, hoewel mogelijk een aanpassing in de manier waarop dit gebeurt nodig is.

Meldingen in de zomer van 2009

In de warme, zonnige en vrij droge zomer van 2009 heeft 82% van de provincies en 58% van de GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke Gezondheidsdienst)’en meldingen ontvangen van gezondheidsklachten die mogelijk gerelateerd waren aan recreatie in oppervlaktewater. Evenals in vorige jaren vroeg het RIVM de 12 provincies en 28 GGD-en naar dergelijke incidenten; 88% van deze instanties (11 provincies, 25 GGD-en) reageerden op dit verzoek. Een incident is gedefinieerd als een groep van overeenkomstige ziektebeelden geïsoleerd in plaats en tijd die geassocieerd zijn met recreatiewater. De provincies rapporteerden 46 incidenten en de GGD’en 41, waarvan er 10 zowel door provincie als GGD werden gemeld. Het totale aantal incidenten komt hiermee op 77. De aanwezigheid van overlast veroorzakende blauwalgen werd 12 keer door het publiek aan de provincies gemeld; hierbij werden geen gezondheidsklachten gerapporteerd. Het aantal eigen waarnemingen van drijflagen van blauwalgen door provincies maakt geen deel uit van dit aantal en is veel hoger, zoals gedurende het zwemseizoen op de websites van de verschillende provincies en NOS Nederlandse Omroep Stichting (Nederlandse Omroep Stichting) Teletekst te zien was. Landelijke jaar- of seizoensoverzichten van deze waarnemingen zijn niet beschikbaar.

Incidenten

Zoals in de meeste voorgaande badseizoenen werden ook in 2009 huidklachten het meest frequent gemeld (56 incidenten; 72,7%), gevolgd door maag/darmklachten (11 incidenten; 14,3%). Een

combinatie van maag/darm- en huidklachten werd 5 keer gemeld (6,5%), oorklachten 2 keer (2,6%) en oogklachten, overige klachten en leptospirose elk 1 keer (1,3%). Het Koninklijk Instituut voor de Tropen registreerde in 2009 2 zwemwatergerelateerde gevallen van leptospirose. Uit de evaluatie van alle tussen 1991 en 2009 gerapporteerde gegevens over recreatiewatergerelateerde gezondheidsklachten is gebleken dat gedurende deze periode incidenten van huidklachten (vooral zwemmersjeuk) en maagdarmklachten het meest werden gemeld. (Figuur 1) Het aantal meldingen per categorie gezondheidsklachten en de verhouding tussen de categorieën varieerde echter per badseizoen. (1)

Figuur 1. Aan recreatiewater gerelateerde gezondheidsklachten gemeld in Nederland in de zomers van 1991 tot 2009

Wetgeving

De huidige zwemwaterwetgeving richt zich op het beperken van fecale verontreiniging van zwemwater en bevat richtlijnen voor toegestane aantallen fecale indicatorbacteriën. Deze fecale indicatorbacteriën geven echter niet altijd correct aan of er ziekteverwekkers in het water aanwezig zijn; bij afwezigheid of lage aantallen van deze bacteriën kunnen er toch zodanig veel ziekteverwekkers in het water aanwezig zijn dat mensen bij blootstelling aan dit water ziek kunnen worden. (1) De langjarige evaluatie van recreatiewatergerelateerde gezondheidsklachten laat zien dat de meeste klachten worden veroorzaakt door ziekteverwekkers die niet van fecale oorsprong zijn. Dit geeft aan dat aanvulling of aanpassing van de huidige zwemwaterwetgeving nodig is om bescherming van zwemmers tegen dergelijke aandoeningen mogelijk te maken.

Klimaat

Uit dezelfde langjarige evaluatie blijkt een sterk verband tussen het aantal gerapporteerde incidenten en het weer in de zomer (juni, juli, augustus): bij mooi weer (veel dagen met temperaturen boven 25 of 30 °C) worden meer incidenten gemeld. (Figuur 2) Bij mooi weer gaan meer mensen zwemmen en dit kan, ongeacht de zwemwaterkwaliteit, leiden tot meer meldingen van gezondheidsklachten. Een groter aantal zwemmers vormt bovendien een grotere belasting voor het zwemwater, waardoor de waterkwaliteit achteruit kan gaan. Bovendien kan de waterkwaliteit verslechteren doordat ziekteverwekkers die van nature in het water voorkomen zich bij hogere watertemperatuur kunnen vermenigvuldigen, waardoor ziekte bij mensen veroorzaakt kan worden. Deze duidelijk zichtbare relatie tussen mooi weer en een groter aantal incidenten geeft aan dat dit aantal in de toekomst mogelijk kan stijgen wanneer als gevolg van klimaatverandering de watertemperatuur in recreatieplassen stijgt. (2) Hogere watertemperaturen bieden mogelijk ook gunstige omstandigheden voor nieuwe wateroverdraagbare ziekteverwekkers, bijvoorbeeld door reizigers geïmporteerde exoten of micro-organismen die onder de huidige klimatologische omstandigheden niet floreren in Nederland. Dit onderstreept het belang van het blijven volgen van trends in recreatiewater gerelateerde gezondheidsklachten, hoewel mogelijk een aanpassing in de manier waarop dit gebeurt nodig is.

Figuur 2. Aan recreatiewater gerelateerde gezondheidsklachten gemeld in Nederland in de zomers van 1991 tot 2009, in relatie tot het aantal warme, zomerse en tropische dagen per zomer

2010

Evenals de zomer van 2009, was de zomer van 2010 warm en zonnig. Echter, de zomer van 2009 was vrij droog, terwijl die van 2010 vrij nat was (www.knmi.nl). Analyse van de gegevens over 2010 zal moeten uitwijzen of dit effect heeft gehad op het aantal incidenten en hoe de gerapporteerde klachten in 2010 zich verhouden tot die gemeld in 2009 en eerdere jaren.

Auteurs

F.M. Schets, AM de Roda Husman, RIVM, Centrum Infectieziektebestrijding, Bilthoven

Correspondentie:

Ciska.Schets@rivm.nl

Literatuur

  1. Schets FM, de Roda Husman AM, Havelaar AH. 2010. Disease outbreaks associated with untreated recreational water use. Epidemiology and Infection, doi: 10.1017/S0950268810002347..
  2. De Roda Husman AM, Schets FM. 2010. Climate change and recreational water-related infectious diseases. RIVM report 330400002. National Institute for Public Health and the Environment, Bilthoven, the Netherlands