Op 10 en 12 oktober trainde het RIVM onder meer met de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS), de brandweer, de Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio (GHOR Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio (Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio)), Defensie, het Nederlands Forensisch Instituut (NFI Nederlands Forensisch Instituut (Nederlands Forensisch Instituut)) en de politie voor incidenten met verdachte objecten. Elke organisatie heeft een eigen taak bij incidenten met verdachte objecten. Het RIVM vindt het belangrijk regelmatig te trainen en te oefenen met de partners die hierbij betrokken zijn. Door een gezamenlijke inzet uit te voeren kan in dergelijke situaties effectief worden samengewerkt.

“We hebben een verdacht object gevonden, we weten niet of het gevaarlijk is.”
Als een verdacht object wordt gevonden, dan kan dat allerlei gevaarlijk materiaal bevatten: explosieven, biologische of chemische stoffen (agentia), radioactieve stoffen, al dan niet verpakt. Het belangrijkste is om mensen in de omgeving zo snel mogelijk in veiligheid te brengen, het verdachte object onschadelijk te maken en de daders te achterhalen. Om dit te kunnen doen, moet eerst duidelijk worden of het object gevaarlijke stoffen bevat.

RIVM Responsorganisatie Milieu- en Stralingsincidenten in actie
De twee trainingsdagen vonden plaats op het Nationaal Trainings Centrum (NTC) in Vught. Op 12 oktober trainde het RIVM op dat terrein in een nagebouwd metrostation met een verdacht object. Nadat duidelijk werd dat het object niet meer kon ontploffen, ging een speciaal team van Defensie naar binnen om de situatie te verkennen. Vervolgens ging het gaspakkenteam van het RIVM naar binnen om op basis van deze informatie heel gericht monsters te nemen. De incidentlocatie was zo realistisch mogelijk ingericht, met onder andere mensen die slachtoffers nabootsten, hitte en chaos.

Twee dagen eerder, op 10 oktober, deed het RIVM mee aan een training met een radiologisch scenario, waarbij het RIVM verantwoordelijk was voor de identificatie en het veilig stellen van de radioactieve stoffen. Het RIVM had het scenario ontwikkeld en was aanwezig met een meetwagen van de responsorganisatie, een ondersteuningsvoertuig en personeel dat ingezet kan worden bij radiologische en nucleaire incidenten.

Wat doet het RIVM bij een incident?

Bij stralingsincidenten, milieu-ongevallen en terroristische aanslagen brengt het RIVM met metingen, modelberekeningen en risicoschattingen de situatie rond het incident in kaart. Om snel de juiste ondersteuning en adviezen te kunnen bieden aan overheid en hulpverleningsdiensten, staat altijd een team van deskundigen klaar. Opleiden, trainen en oefenen is belangrijk om die paraatheid en deskundigheid te kunnen garanderen. Het RIVM wordt ook ingezet bij inspectieklussen als ondersteuning van de Inspectie van ANVS.